Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Kabelaansluiting Op Stuurklemmen; Gebruik Van Afgeschermde Stuurkabels; Stuurklemfuncties - Danfoss VLT AutomationDrive FC 300 Bedieningshandleiding

Verberg thumbnails Zie ook voor VLT AutomationDrive FC 300:
Inhoudsopgave

Advertenties

Installatie

2.4.5.3 Kabelaansluiting op stuurklemmen

Stuurklemconnectoren kunnen uit de frequentieomvormer
worden getrokken. Dit maakt het installeren eenvoudig,
zoals te zien is in Afbeelding 2.11.
1.
Open het contact door een kleine schroeven-
draaier in de sleuf boven of onder het contact te
steken, zoals aangegeven in Afbeelding 2.13.
2.
Steek de gestripte stuurkabel in het contact.
3.
Verwijder de schroevendraaier om de stuurkabel
vast te zetten in het contact.
4.
Controleer of de kabel stevig in het contact is
geklemd. Loszittende stuurkabels kunnen
storingen in de apparatuur of een niet-optimale
werking tot gevolg hebben.
Zie 10.1 Vermogensafhankelijke specificaties voor de
kabelgrootte voor stuurklemmen.
Zie 6 Toepassingsvoorbeelden voor typische stuurkabelaan-
sluitingen.
1
Afbeelding 2.13 Stuurkabels aansluiten
2.4.5.4 Gebruik van afgeschermde
stuurkabels
Correcte afscherming
In de meeste gevallen kunt u de stuurkabels en de kabels
voor seriële communicatie het beste vastzetten met
behulp van de aanwezige afschermingsklemmen aan beide
uiteinden. Dit zorgt voor het best mogelijke contact bij
hoogfrequentkabels.
Als het aardpotentiaal van de frequentieomvormer en de
PLC verschillend zijn, kan er elektrische ruis optreden die
het hele systeem verstoort. Dit probleem is te verhelpen
door een vereffeningskabel naast de stuurkabel te
plaatsen. Minimale kabeldoorsnede: 16 mm²
VLT
®
AutomationDrive
Bedieningsinstructies
2
MG33AL10 – VLT® is een gedeponeerd handelsmerk van Danfoss
PLC
PE
PE
1
2
Afbeelding 2.14
Aardlussen van 50/60 Hz
Bij gebruik van zeer lange stuurkabels kunnen er
aardlussen ontstaan. Om aardlussen te elimineren, sluit u
één uiteinde van de afscherming op aarde aan via een
condensator van 100 nF (uitlopers kort houden).
PLC
PE
100nF
Afbeelding 2.15
Voorkom EMC-ruis op seriële communicatie
Deze klem wordt via een interne RC-koppeling geaard.
Gebruik kabels met gedraaide aderparen om interferentie
tussen geleiders te beperken. De aanbevolen methode
wordt hieronder afgebeeld:
FC
69
68
61
PE
PE
2
Afbeelding 2.16
De aansluiting op klem 61 kan eventueel ook worden
weggelaten:
FC
69
68
PE
PE
1
2
Afbeelding 2.17

2.4.5.5 Stuurklemfuncties

De functies van de frequentieomvormer worden
aangestuurd door de ontvangst van stuuringangssignalen.
Elke klem moet worden geprogrammeerd voor
de functie die via de klem moet worden
aangestuurd. Dit is mogelijk via de parameters
FC
PE
PE
FC
PE
FC
69
68
61
PE
PE
1
FC
68
69
PE
PE
17
2
2

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave