Bedienpaneelfunctietoetsen werken nog steeds wanneer
het bedienpaneel leeg is, tenzij de functietoets is gepro-
grammeerd om een toegangscode te vereisen.
Als Wissen toetsenpaneel vereist code wordt ingeschakeld,
knippert het sterretje op het geïntegreerde toetsenpaneel
om aan te geven dat er een gebruikerscode moet worden
ingevoerd om het wissen te verwijderen.
Wanneer een partitie is ingeschakeld en in alarm gaat, dan
veroorzaakt het invoeren van een code om het leegmaken
te verwijderen het tot zwijgen brengen van het alarm en het
uitschakelen van het systeem.
Als deze optie is uitgeschakeld, dan blijft de verlichting van
het toetsenpaneel te allen tijde aan.
Standaard:
Geldig bereik:
De gereed-led knippert inschakelen onder dwang
Als deze optie is ingeschakeld, dan knippert de gereed-led
van het toetsenpaneel om aan te geven dat een zone
gedwongen inschakelen open is, maar het systeem nog
steeds gereed is om te worden ingeschakeld.
Als deze optie is uitgeschakeld, werkt de gereed-led van het
toetsenpaneel normaal. Er wordt geen indicatie verschaft
van de open zone gedwongen inschakelen.
Standaard:
Geldig bereik:
Temperatuur in graden Celsius
Als deze optie is ingeschakeld, dan wordt de temperatuur
op lcd-toetsenpanelen in Celsius weergegeven.
Als deze optie is uitgeschakeld, dan wordt de temperatuur
op lcd-toetsenpanelen in Fahrenheit weergegeven.
Standaard:
Geldig bereik:
4.2 Opties systeemconfiguratie
Deze sectie beschrijft programmeerbare opties voor de
alarmregelaar.
Label systeemgebied
Gebruik deze optie voor het programmeren van een aan-
gepast label voor het beveiligingssysteem. Dit label wordt in
de gebeurtenisbuffer gebruikt wanneer er zich sys-
teemgebeurtenissen voordoen.
Standaard:
Geldig bereik:
Nummer systeemaccount
Het nummer van het systeemaccount wordt gebruikt om het
alarmsysteem te identificeren als er systeemgebeurtenissen
naar de centrale meldkamer worden gecommuniceerd. Het
nummer van het systeemaccount kan 4 of 6 cijfers lang zijn.
sectie 4: Programmeeropties
Uitgeschakeld
In-/uitgeschakeld
Ingeschakeld
In-/uitgeschakeld
Celsius
Celsius/Fahrenheit
Systeemruimte
32 tekens
Programmeer een 6-cijferige code alleen bij gebruik van het
formaat SIA-rapportage.SIA gebruikt dit accountnummer
voor alle partities en systeemgebeurtenissen. Alle andere
formaten voor rapportage gebruiken een 4-cijferig nummer
voor het systeemaccount voor het rapporteren gebeur-
tenissen m.b.t. systeemonderhoud (bijv. batterij bijna leeg,
storing zone) en testuitzendingen. Voer voor het pro-
grammeren van een 4-cijferig nummer voor het sys-
teemaccount 4 cijfers in, gevolgd door FF.
Opmerking: Dit veld is verplicht voor communicatie met de
centrale meldkamer.
Standaard:
FFFFFF (uitgeschakeld)
Geldig bereik:
000001 t/m FFFFFF (hexadecimaal)
Formaat rapportage gebeurtenis
Deze programmeeroptie wordt gebruikt voor de toewijzing
van een formaat van een communicatiemiddel voor het ver-
zenden van zonealarmen, manipulaties, storingen en
andere signalen naar de centrale meldkamer.
De volgende formaten voor communicatiemiddelen zijn
beschikbaar:
Contact-ID
Elk van de cijfers geeft specifieke informatie over het signaal
aan. Bijvoorbeeld, als zone 1 een in- of uitgangspunt is, dan
bevat de gebeurteniscode [34]. De meldkamer ontvangt de
volgende meldingen:
* INBR - INGANG/UITGANG - 1 waar de "1" aangeeft in
welke zone alarm is geslagen.
SIA-formaat - niveau 2 (hard-gecodeerd)
De SIA-communicatieindeling gebruikt in dit product volgt
de niveau 2-specificaties van de SIA-digitale com-
municatiestandaard - oktober 1997. Deze indeling stuurt de
accountcode mee met de gegevensoverdracht. Deze over-
dracht lijkt bij de ontvanger op het volgende.
N Ri1 BA 01
N = nieuwe gebeurtenis
Ri1 = partitie/gebiedsaanduiding
BA = inbraakalarm
01 = Zone 1
Een systeemgebeurtenis maakt gebruik van de gebieds-
identificator ri00.
Standaard:
Geldig bereik:
Snerpen van de bel bij inschakelen
Als deze optie is ingeschakeld, dan laat de de sirenes kort
op vol volume tjilpen als het systeem met succes is inge-
schakeld. IotegaEr wordt voorzien in de volgende opties om
deze optie aan te passen:
Geen: de sirenes tjilpen niet als het systeem wordt inge-
schakeld.
Alle RF: de sirenes tjilpen als er via enig draadloos appa-
raat wordt ingeschakeld.
RF-draadloze sleutel: de sirenes tsjilpen alleen als er via
- 18 -
SIA
SIA, CID