8.3 Gebruik van het systeem
FXZA15~50A2VEB
VRV-systeemairconditioner
4P599623-1B – 2020.10
Automatische uitblaasregeling
In de volgende omstandigheden wordt de uitblaasrichting van de binnenunits
automatisch geregeld:
▪
Als de kamertemperatuur hoger is dan het instelpunt voor de verwarmstand op
de controller (inclusief automatische stand).
▪
Als de binnenunits in de verwarmingsstand draaien en de ontdooifunctie actief is.
▪
Als de binnenunits in de continue stand draaien en de uitblaasrichting
horizontaal is.
WAARSCHUWING
Raak nooit de luchtuitlaat of horizontale bladen aan terwijl de draaiklep in werking is.
Uw vingers kunnen geklemd geraken of de unit kan onklaar geraken.
OPMERKING
Gebruik de klep bij voorkeur niet in de horizontale stand. Anders kan er zich vocht of
stof gaan afzetten op het plafond of op de klep.
INFORMATIE
Om de bedrijfsstand, de uitblaasrichting of andere instellingen in te stellen, zie de
uitgebreide handleiding of de gebruiksaanwijzing van de gebruikersinterface.
8
Uitgebreide handleiding voor de installateur en de gebruiker
Bediening
|
29