Pagina 1
Uitgebreide handleiding voor de installateur en de gebruiker VRV-systeemairconditioner FXKQ20AMVEB FXKQ25AMVEB FXKQ32AMVEB FXKQ40AMVEB FXKQ50AMVEB FXKQ63AMVEB...
Inhoudsopgave Inhoudsopgave 1 Over de documentatie Over dit document ................................. 2 Algemene veiligheidsmaatregelen Over de documentatie ..............................2.1.1 Betekenis van de waarschuwingen en symbolen ..................Voor de installateur................................ 2.2.1 Algemeen ............................... 2.2.2 Plaats van installatie ............................2.2.3 Koelmiddel — in geval van R410A of R32 ..................... 2.2.4 Elektrisch................................
Pagina 3
Inhoudsopgave Voor de installateur 14 Over de doos 14.1 Binnenunit ..................................14.1.1 Uitpakken en omgaan met de unit........................ 14.1.2 De toebehoren uit de binnenunit verwijderen ..................... 15 Over de units en opties 15.1 Identificatie..................................15.1.1 Identificatielabel: Binnenunit ........................15.2 Over de binnenunit ................................ 15.3 Onderdelen..................................
WAARSCHUWING De installatie, service, onderhoud, reparaties en gebruikte materialen moeten overeenstemmen met de instructies van Daikin (inclusief alle documenten vermeld in"documentatieset") en daarnaast ook met de geldende wetgeving en mogen alleen door bevoegde personen worden uitgevoerd. In Europa en gebieden waar de IEC- normen gelden, is EN/IEC 60335-2-40 de toepasselijke norm.
Pagina 5
Over de documentatie ▪ De volledige recentste technische gegevens zijn beschikbaar op het Daikin Business Portal (authenticatie vereist). FXKQ-A Uitgebreide handleiding voor de installateur en de gebruiker VRV-systeemairconditioner 4P747548-1 – 2023.11...
Algemene veiligheidsmaatregelen 2 Algemene veiligheidsmaatregelen 2.1 Over de documentatie ▪ De originele instructies zijn opgesteld in het Engels. Alle andere talen zijn vertalingen van de oorspronkelijke instructies. ▪ De in dit document beschreven voorzorgsmaatregelen gaan over heel belangrijke onderwerpen; volg ze nauwkeurig op. ▪...
Daikin gemaakt of goedgekeurd werden, tenzij anders aangegeven. WAARSCHUWING Zorg ervoor dat de materialen die voor de installatie en de testen gebruikt worden, voldoen aan de geldende wetgeving (bovenop de instructies beschreven in de Daikin- documentatie). FXKQ-A Uitgebreide handleiding voor de installateur en de gebruiker VRV-systeemairconditioner 4P747548-1 –...
Algemene veiligheidsmaatregelen WAARSCHUWING Scheur plastiekverpakkingen aan stukken en gooi deze weg zodat niemand, GEEN kinderen in het bijzonder, ermee kan spelen. Mogelijk gevolg: verstikking. WAARSCHUWING Neem de gepaste maatregelen om te voorkomen dat kleine dieren kunnen gaan nestelen in de unit. Kleine dieren die in contact komen met elektrische onderdelen kunnen storingen, rook of brand veroorzaken.
Algemene veiligheidsmaatregelen ▪ In plaatsen waar corroderend gas (zoals zwaveligzuurgas) geproduceerd wordt. Corrosie aan de koperleidingen of gesoldeerde onderdelen kan de oorzaak zijn dat koelmiddel gaat lekken. 2.2.3 Koelmiddel — in geval van R410A of R32 Indien van toepassing. Voor meer informatie, raadpleeg de installatiehandleiding of de uitgebreide handleiding voor de installateur van uw toepassing.
Pagina 10
Algemene veiligheidsmaatregelen OPMERKING Zorg ervoor dat de lokale leidingen en aansluitingen NIET worden belast. OPMERKING Controleer of er geen gaslekken zijn als u alle leidingen heeft aangesloten. Gebruik stikstof om een gaslektest uit te voeren. ▪ Zie het naamplaatje of het label met de koelmiddelvulling van de unit in geval u koelmiddel moet bijvullen.
Algemene veiligheidsmaatregelen 2.2.4 Elektrisch GEVAAR: RISICO OP ELEKTROCUTIE ▪ Schakel alle elektrische voedingen UIT vooraleer u het deksel van de schakelkast verwijdert, elektrische bedrading aansluit of elektrische onderdelen aanraakt. ▪ Schakel de elektrische voeding langer dan 10 minuut uit en meet de spanning op de aansluitklemmen van de condensatoren of elektrische onderdelen van de hoofdkring vooraleer u een onderhoud uitvoert.
Pagina 12
Algemene veiligheidsmaatregelen VOORZICHTIG ▪ Bij het aansluiten van de voeding: sluit eerst de aardingskabel aan vóór de stroomvoerende draden worden aangesloten. ▪ Bij het losmaken van de voeding: maak eerst de stroomvoerende draden los vóór de aarding wordt losgemaakt. ▪ De lengte van de geleiders tussen de trekontlasting van de voedingskabel en de klemmenstrook MOET zodanig zijn dat de stroomvoerende geleiders strak zitten vóór de aardingsgeleider voor het geval dat de voedingskabel wordt losgetrokken...
WAARSCHUWING De installatie, service, onderhoud, reparaties en gebruikte materialen moeten overeenstemmen met de instructies van Daikin (inclusief alle documenten vermeld in"documentatieset") en daarnaast ook met de geldende wetgeving en mogen alleen door bevoegde personen worden uitgevoerd. In Europa en gebieden waar de IEC- normen gelden, is EN/IEC 60335-2-40 de toepasselijke norm.
Pagina 14
Specifieke veiligheidsinstructies voor de installateur WAARSCHUWING ▪ Als de voeding een ontbrekende of een verkeerde nulfase heeft, Kan de apparatuur defect raken. ▪ Sluit correct op de aarde aan. Aard de unit NIET via een nutsleiding, een piekspanningsbeveiliging of de aarding van de telefoon. Een onvolledige aarding kan elektrische schokken veroorzaken.
Veiligheidsinstructies voor de gebruiker 4 Veiligheidsinstructies voor de gebruiker Leef altijd de volgende veiligheidsinstructies en voorschriften na. 4.1 Algemeen WAARSCHUWING Indien u twijfels heeft over de bediening van de unit, neem contact op met uw dealer. WAARSCHUWING Dit apparaat kan worden gebruikt door kinderen vanaf een leeftijd van 8 jaar en door personen met verminderde fysieke, zintuiglijke of mentale mogelijkheden of een gebrek aan ervaring en kennis als het gebruik van het...
Veiligheidsinstructies voor de gebruiker ▪ Units dragen het volgende symbool: Dit betekent dat u GEEN elektrische en elektronische producten mag mengen met ongesorteerd huishoudelijk afval. Probeer het systeem NIET zelf te ontmantelen: het ontmantelen van het systeem en het behandelen van het koelmiddel, van olie en van andere onderdelen MOET door een erkende installateur conform met de geldende wetgeving uitgevoerd worden.
Pagina 18
Veiligheidsinstructies voor de gebruiker VOORZICHTIG ▪ Raak de interne delen van de controller NOOIT aan. ▪ Verwijder het voorpaneel NIET. Sommige onderdelen in het toestel aanraken is gevaarlijk en kan problemen met het toestel veroorzaken. Neem contact op met uw dealer voor controle en afstelling van de interne delen.
Pagina 19
Veiligheidsinstructies voor de gebruiker VOORZICHTIG Stel kleine kinderen, planten of dieren NOOIT rechtstreeks bloot aan de luchtstroom. WAARSCHUWING Zet GEEN brandbare sprays bij de airconditioner en gebruik GEEN sprays in de buurt van de unit. Anders kan er brand ontstaan. WAARSCHUWING Als het netsnoer beschadigd is, MOET de fabrikant, zijn vertegenwoordiger, zijn servicevertegenwoordiger of...
Pagina 20
Veiligheidsinstructies voor de gebruiker GEVAAR: RISICO OP ELEKTROCUTIE Wanneer u de airconditioner of het luchtfilter wilt schoonmaken, moet u de unit eerst stilleggen en alle voedingen UITSCHAKELEN. Anders dreigt u elektrische schokken en letsel op te lopen. WAARSCHUWING Ga voorzichtig te werk met ladders wanneer u op een hoogte werkt.
Pagina 21
Veiligheidsinstructies voor de gebruiker "11 Opsporen en verhelpen van storingen" [ 35]) Oplossen van problemen (zie WAARSCHUWING Stop de werking en schakel de voeding UIT als er zich iets abnormaals voordoet (brandgeur, enz.). Als u de unit onder dergelijke omstandigheden laat werken, kan dit leiden tot een defect, elektrische schok of brand.
Over het systeem 5 Over het systeem WAARSCHUWING ▪ Wijzig, demonteer, verwijder, herinstalleer of repareer de unit NIET zelf aangezien een verkeerde demontage of installatie een elektrische schok of brand kan veroorzaken. Neem contact op met uw dealer. ▪ Zorg dat er geen open vlammen zijn in het geval van een koelmiddellek. Het koelmiddel zelf is helemaal veilig, niet-giftig en niet-brandbaar, maar er zal wel een giftig gas vrijkomen wanneer het koelmiddel per ongeluk lekt in een kamer met verbrandingslucht van een ventilatorkachel, gasfornuis, enz.
Gebruikersinterface 6 Gebruikersinterface VOORZICHTIG ▪ Raak de interne delen van de controller NOOIT aan. ▪ Verwijder het voorpaneel NIET. Sommige onderdelen in het toestel aanraken is gevaarlijk en kan problemen met het toestel veroorzaken. Neem contact op met uw dealer voor controle en afstelling van de interne delen. OPMERKING Veeg het bedieningspaneel van de controller NIET af met benzine, thinner, reinigingsdoeken met chemische producten, enz.
Voor het gebruik 7 Voor het gebruik VOORZICHTIG "4 Veiligheidsinstructies voor de gebruiker" [ 16] voor alle gerelateerde veiligheidsinstructies. Deze gebruiksaanwijzing geldt voor de volgende systemen met standaardbesturing. Neem vóór de ingebruikneming contact op met uw dealer voor informatie over de bediening die overeenstemt met uw systeem en versie.
Werking 8 Werking 8.1 Werkingsbereik INFORMATIE Voor de bedrijfslimieten, zie de technische gegevens van de aangesloten buitenunit. 8.2 Over bedrijfsstanden INFORMATIE Afhankelijk van het geïnstalleerde systeem, zijn sommige bedrijfsstanden niet beschikbaar. ▪ luchtstroomsnelheid zich automatisch aanpassen kamertemperatuur of de ventilator kan onmiddellijk stoppen. Dit is echter geen storing.
Werking 8.2.2 Speciale verwarmingsbedrijfsstanden Werking Beschrijving Ontdooien Om een verlies van het verwarmingsvermogen door ijsvorming in de buitenunit te voorkomen, schakelt het systeem automatisch over naar de ontdooistand. In de ontdooistand wordt de ventilator van de binnenunit stilgelegd en verschijnt het volgende symbool op het thuisscherm: Na ongeveer 6 tot 8 minuten wordt de normale werking hervat.
Pagina 28
Werking a Koelbedrijf b Verwarmbedrijf 2 Horizontale uitblaas De volgende horizontale uitblaasrichtingen kunnen worden ingesteld met de gebruikersinterface: Richting Display Vaste stand. De binnenunit blaast de lucht uit in 1 van 5 vaste standen. Draaien. De binnenunit wisselt af tussen de 5 standen. INFORMATIE Wanneer de unit in een hoek van een kamer is geïnstalleerd, mogen de verticale kleppen niet naar een muur gericht zijn.
Werking 8.3 Gebruik van het systeem INFORMATIE Om de bedrijfsstand, de uitblaasrichting of andere instellingen in te stellen, zie de uitgebreide handleiding of de gebruiksaanwijzing van de gebruikersinterface. FXKQ-A Uitgebreide handleiding voor de installateur en de gebruiker VRV-systeemairconditioner 4P747548-1 – 2023.11...
Energie besparen en optimale werking 9 Energie besparen en optimale werking VOORZICHTIG Stel kleine kinderen, planten of dieren NOOIT rechtstreeks bloot aan de luchtstroom. OPMERKING Plaats GEEN voorwerpen die nat kunnen worden onder de binnenunit en/of buitenunit. Anders kunnen condensatie op de unit of de koelmiddelleidingen, vuil op het luchtfilter of een verstopte afvoer druppelend water veroorzaken, waardoor voorwerpen onder de unit kunnen vuil worden of schade oplopen.
Onderhoud en service 10 Onderhoud en service 10.1 Voorzorgsmaatregelen voor onderhoud en service VOORZICHTIG "4 Veiligheidsinstructies voor de gebruiker" [ 16] voor alle gerelateerde veiligheidsinstructies. OPMERKING Voer NOOIT zelf een inspectie van of servicewerkzaamheden aan de unit uit. Vraag hier een erkend servicetechnicus voor.
Onderhoud en service A1P Hoofdprintplaat a Multimeter C Meetpunten restspanning 10.2 Buitenkant van unit en luchtfilter reinigen VOORZICHTIG Schakel de unit uit alvorens de buitenkant van de unit en het luchtfilter te reinigen. OPMERKING ▪ Gebruik GEEN benzine, benzeen, verdunner, schuurpoeder of vloeibaar insecticide.
Onderhoud en service 3 Reinig de luchtfilters. Gebruik een stofzuiger of was het luchtfilter met water. Als het filter heel vuil is, gebruik dan een zachte borstel en een mild schoonmaakmiddel. 4 Laat de luchtfilters drogen in de schaduw. 5 Plaats het luchtfilter terug en sluit het paneel. 6 Schakel de voeding IN.
Onderhoud en service 10.5 Over het koelmiddel Dit product bevat gefluoreerde broeikasgassen. Laat de gassen NIET vrij in de atmosfeer. Type koelmiddel: R410A Waarde van het globaal opwarmingspotentieel (GWP): 2087,5 OPMERKING De geldende wetgeving inzake gefluoreerde broeikasgassen vereist dat de koelmiddelvulling van de unit zowel in gewicht als CO -equivalent wordt uitgedrukt.
Opsporen en verhelpen van storingen 11 Opsporen en verhelpen van storingen Als zich één van de volgende problemen voordoet, neem dan onderstaande maatregelen en neem contact op met uw verdeler. WAARSCHUWING Stop de werking en schakel de voeding UIT als er zich iets abnormaals voordoet (brandgeur, enz.).
Opsporen en verhelpen van storingen Storing Maatregel Het systeem werkt, maar ▪ Controleer of de luchtinlaat of -uitlaat van de koelt of verwarmt buitenunit of de binnenunit niet geblokkeerd is. onvoldoende. Verwijder eventuele obstakels en zorg ervoor dat de lucht vrij kan circuleren. ▪...
Opsporen en verhelpen van storingen 11.1.3 Symptoom: De luchtstroomrichting stemt niet overeen met de instelling De luchtstroomrichting stemt niet overeen met het display van de gebruikersinterface. De luchtstroomrichting zwenkt niet. Dit komt doordat de unit door de microcomputer wordt bestuurd. 11.1.4 Symptoom: Uit het toestel komt witte rook (binnenunit) ▪...
Opsporen en verhelpen van storingen 11.1.9 Symptoom: Er komt stof uit de unit Wanneer een unit na een lange periode van stilstand weer wordt gebruikt. Dit komt door stof in de unit. 11.1.10 Symptoom: De units geven een geur af De unit kan geuren opnemen van kamers, meubilair, sigaretten, enz., en die dan weer afgeven.
Verplaatsen 12 Verplaatsen Neem contact op met uw dealer om de volledige unit te verwijderen en opnieuw te installeren. Het verplaatsen van units vereist een zekere technische kennis. FXKQ-A Uitgebreide handleiding voor de installateur en de gebruiker VRV-systeemairconditioner 4P747548-1 – 2023.11...
Als afval verwijderen 13 Als afval verwijderen OPMERKING Probeer het systeem NIET zelf te ontmantelen: het ontmantelen van het systeem en het behandelen van het koelmiddel, van olie en van andere onderdelen MOETEN conform met de geldende wetgeving uitgevoerd worden. De units MOETEN voor hergebruik, recyclage en terugwinning bij een gespecialiseerd behandelingsbedrijf worden behandeld.
Over de doos 14 Over de doos Denk aan de volgende punten: ▪ De unit MOET bij de levering gecontroleerd worden op beschadiging en volledigheid. Elke vorm van beschadiging of ontbrekende onderdelen MOET onmiddellijk aan de schadeverantwoordelijke van de transporteur worden gemeld.
Pagina 43
Over de doos 1× 1× 1× 8× 6× 4× 4× 3× 2× 2× 1× 1× A Onder de unit a Montagehandleiding en gebruiksaanwijzing b Algemene voorzorgsmaatregelen met betrekking tot de veiligheid B Onder de unit c Schemablad voor montage C Aan de zijkant van de unit d Afvoerslang e Metalen klem f Klemring voor ophangbeugel...
Over de units en opties 15 Over de units en opties In dit hoofdstuk 15.1 Identificatie ..................................... 15.1.1 Identificatielabel: Binnenunit..........................15.2 Over de binnenunit................................. 15.3 Onderdelen ..................................... 15.4 Combinaties van units en opties ............................15.4.1 Mogelijke opties voor de binnenunit........................15.1 Identificatie OPMERKING Wanneer meerdere units gelijktijdig geïnstalleerd of onderhouden worden, let op de...
Over de units en opties e f g h °C a Binnenunit b Uitgeblazen lucht c Aangezogen lucht d Luchtfilter e Afvoerleiding f Koelmiddelleiding g Voedingskabel h Kabel tussen units i Kabel gebruikersinterface j Gebruikersinterface 15.4 Combinaties van units en opties INFORMATIE Sommige opties zijn mogelijk NIET verkrijgbaar in uw land.
Installatie van de unit 16 Installatie van de unit In dit hoofdstuk 16.1 Installatieplaats voorbereiden..............................16.1.1 Vereisten inzake de plaats waar de binnenunit geïnstalleerd wordt ..............16.2 De binnenunit monteren................................ 16.2.1 Richtlijnen bij de installatie van de binnenunit ..................... 16.2.2 Richtlijnen bij de installatie van de afvoerleiding....................
Installatie van de unit OPMERKING De in deze handleiding beschreven apparatuur kan elektronische ruis veroorzaken afkomstig van radiofrequentie-energie. De apparatuur voldoet aan specificaties die een redelijke bescherming moeten bieden tegen dergelijke interferentie. Er is echter geen garantie dat in een specifieke installatie GEEN interferentie zal optreden. Het is dan ook aan te raden de apparatuur en elektrische draden op een gepaste afstand van stereotoestellen, pc's, enz.
Pagina 48
Installatie van de unit ▪ Sterkte van het plafond. Controleer of het plafond sterk genoeg is om het gewicht van de unit te dragen. Als er enig risico bestaat, verstevig dan eerst het plafond en installeer dan pas de unit. Gebruik bij een bestaand plafond ankers.
Installatie van de unit Zijaanzicht (mm) a Ophangbout b Plafond OPMERKING Het sierpaneel moet de plafondopening minstens 20 mm overlappen. De afstand tussen de binnenunit en de plafondopening moet ≤35 mm zijn; als dit meer is, moet u extra plafondmateriaal installeren of het plafond repareren. ≤35 ≤35 ≥20...
Installatie van de unit OPMERKING Installeer de unit NIET scheef. Mogelijk gevolg: Als de unit tegen de richting van de condenswaterstroom in scheef hangt (de kant van de afvoerleidingen hangt hoger), kan de werking van de vlotterschakelaar verstoord raken en kan er water gaan lekken.
Installatie van de unit (mm) a T-stuk Afvoerleiding aansluiten op de binnenunit OPMERKING Een slechte aansluiting van de afvoerslang kan lekken veroorzaken en schade berokkenen aan de installatieruimte en de omgeving. a Afvoeruitlaat voor onderhoud b Aansluiting afvoerleiding c Koelmiddelleidingen Aansluiting afvoerleiding 1 Duw de afvoerslang zo ver mogelijk over de aansluiting van de afvoerleiding.
Installatie van de unit c Afvoerslang (accessoire) d Metalen klem (accessoire) e Groot afdichtingskussen (accessoire) f Afvoerleiding (lokaal te voorzien) Afvoeruitlaat voor onderhoud Verwijder de blindprop. ▪ Beweeg de blindprop niet op en neer. Duw de blindprop in. ▪ Plaats de plug en duw ze omlaag met een kruiskopschroevendraaier. a Blindprop b Kruiskopschroevendraaier Controle op waterlekken...
Installatie van de unit a Plastic waterreservoir met buislengte ≥100 mm b Locatie afvoerpomp en vlotterschakelaar c Serviceafvoeruitlaat (met rubberen blindprop). Gebruik deze uitlaat voor de afvoer van water uit de lekbak. 5 Schakel de voeding UIT. 6 Koppel de elektrische bedrading los. ▪...
Installatie van de leidingen 17 Installatie van de leidingen In dit hoofdstuk 17.1 Koelmiddelleiding voorbereiden ............................17.1.1 Vereisten voor de koelmiddelleidingen......................... 17.1.2 Isolatie van de koelmiddelleidingen ........................17.2 Koelmiddelleiding aansluiten ..............................17.2.1 Over het aansluiten van de koelmiddelleidingen....................17.2.2 Voorzorgsmaatregelen bij het aansluiten van koelmiddelleidingen ..............17.2.3 Richtlijnen bij het aansluiten van koelmiddelleidingen..................
Installatie van de leidingen Buitendiameter (Ø) Hardingsgraad Dikte (t) Ø 6,4 mm (1/4") Gegloeid (O) ≥0,8 mm 9,5 mm (3/8") 12,7 mm (1/2") 15,9 mm (5/8") Afhankelijk van de toepasselijke wetgeving en de maximale bedrijfsdruk van de unit (zie "PS High" op het naamplaatje van de unit), zijn mogelijk dikkere leidingen vereist. 17.1.2 Isolatie van de koelmiddelleidingen ▪...
Installatie van de leidingen 17.2.2 Voorzorgsmaatregelen bij het aansluiten van koelmiddelleidingen INFORMATIE Lees ook de voorzorgsmaatregelen en vereisten in de volgende hoofdstukken: ▪ "2 Algemene veiligheidsmaatregelen" [ 6] ▪ "17.1 Koelmiddelleiding voorbereiden" [ 54] GEVAAR: RISICO OP BRANDWONDEN OPMERKING ▪ Gebruik GEEN minerale olie op het verbreed uiteinde van de koelmiddelleiding. ▪...
Installatie van de leidingen 17.2.3 Richtlijnen bij het aansluiten van koelmiddelleidingen Houd rekening met de volgende richtlijnen wanneer u leidingen aansluit: ▪ Bestrijk de binnenkant van de verbreding met etherolie of esterolie wanneer u een flaremoer aansluit. Draai eerst 3 of 4 toeren met de hand vast vooraleer stevig vast te draaien.
Installatie van de leidingen a Snijd precies in rechte hoeken af. b Verwijder de bramen. 3 Verwijder de flaremoer van de afsluiter en zet de flaremoer op de leiding. 4 Verbreed de leiding. Verbreed exact op de plaats zoals getoond op de volgende afbeelding.
Pagina 59
Installatie van de leidingen d Flaremoer (bevestigd op de unit) e Aansluiting koelmiddelleiding (op de unit) f Unit g Afdichtingskussens: Middelmatig (gasleiding), Klein (vloeistofleiding) (accessoires) 1 Draai de naden van de isolatiedelen naar boven. 2 Bevestig ze aan de basis van de unit. 3 Maak de kabelbinder vast rond de isolatiedelen.
Elektrische installatie 18 Elektrische installatie In dit hoofdstuk 18.1 Over het aansluiten van de elektrische bedrading ........................ 18.1.1 Voorzorgsmaatregelen bij het aansluiten van de elektrische bedrading ............. 18.1.2 Richtlijnen voor het aansluiten van de elektrische bedrading................18.1.3 Specificaties van standaard bedradingscomponenten ..................18.2 Elektrische bedrading aansluiten op de binnenunit ......................
Elektrische installatie WAARSCHUWING ▪ Als de voeding een ontbrekende of een verkeerde nulfase heeft, Kan de apparatuur defect raken. ▪ Sluit correct op de aarde aan. Aard de unit NIET via een nutsleiding, een piekspanningsbeveiliging of de aarding van de telefoon. Een onvolledige aarding kan elektrische schokken veroorzaken.
Elektrische installatie 2 Voorzie een ronde krimpklem op het uiteinde van de draad. Schuif het rond oog over de draad tot aan het bekleed gedeelte en maak het oog vast met een geschikt werktuig. Gebruik de volgende methodes om de draden te verbinden: Draadtype Methode Éénaderige draad...
Elektrische installatie Voeding van het product Frequentie 50/60 Hz Fase FXKQ 20, 25, 32: 0,4 A FXKQ40: 0,6 A FXKQ50: 0,9 A FXKQ63: 1,4 A MCA=Minimum circuitampère. De opgegeven waarden zijn maximumwaarden (zie elektrische data van binnenunit voor precieze waarden). Bedrading / stroomonderbreker (lokaal te voorzien) Voedingskabel MOET voldoen aan de nationale bedradingsvoorschriften.
Elektrische installatie OPMERKING Zorg ervoor dat de voedingskabel en de transmissiekabel van elkaar gescheiden blijven. De transmissiebedrading en de voedingsbedrading mogen kruisen, maar ze mogen NIET parallel lopen. 1 Verwijder het servicedeksel. Verwijder de 2 schroeven. Houd het servicedeksel vast bij de handgreep en schuif het in de richting van de pijl en vervolgens naar u toe.
Elektrische installatie b Afdichtingskussen (accessoire) c Opening voor kabels 7 Breng het servicedeksel weer aan. Schuif het servicedeksel terug en bevestig het met 2 schroeven. Voorbeelden van een compleet systeem ▪ 1 gebruikersinterface bestuurt 1 binnenunit. ▪ Groepsbesturing of 2 gebruikersinterfaces besturen 1 binnenunit ▪...
Pagina 66
Elektrische installatie TO IN/D TO OUT/D OUTDOOR UNIT INDOOR UNIT a Buitenunit b BS-unit c Binnenunit d Gebruikersinterface FXKQ-A Uitgebreide handleiding voor de installateur en de gebruiker VRV-systeemairconditioner 4P747548-1 – 2023.11...
19 Inbedrijfstelling OPMERKING Algemene checklist inbedrijfstelling. Naast de instructies voor inbedrijfstelling in dit hoofdstuk, is er een algemene checklist inbedrijfstelling beschikbaar op het Daikin Business Portal (authenticatie vereist). De algemene checklist voor de inbedrijfstelling vormt een aanvulling op de instructies in dit hoofdstuk en kan worden gebruikt als richtlijn en als basis voor de rapporteringssjabloon tijdens inbedrijfstelling en bij overhandiging aan de gebruiker.
Inbedrijfstelling INFORMATIE Gedurende de eerste bedrijfsperiode van de unit kan het nodige opgenomen vermogen hoger zijn dan dat vermeld op het typeplaatje van deze unit. Dit fenomeen wordt veroorzaakt door de compressor, die een continue looptijd van 50 uur nodig heeft voordat een vlotte werking en stabiel stroomverbruik wordt gerealiseerd. 19.3 Controlelijst voor de inbedrijfstelling 1 Controleer na de installatie van de unit de hierna vermelde punten.
Configuratie 20 Configuratie 20.1 Lokale instelling Voer de volgende lokale instellingen uit in overeenstemming met de echte installatie en met de behoeften van de gebruiker: ▪ Plafondhoogte ▪ Luchtvolume bij uitgeschakelde thermostaatregeling ▪ Tijd om filter te reinigen ▪ Selectie thermostaatsensor ▪...
Configuratie Als u wilt… — Thermostaat UIT 12 (22) tijdens koelen Instelvolume Monitoring 1 Monitoring 2 Thermostaat UIT 12 (22) tijdens verwarmen Instelvolume Monitoring 1 Monitoring 2 Gebruik alleen in combinatie met de optionele remote sensor of wanneer de instelling M 10 (20), SW 2, —...
Configuratie Instelling: Omschakeling thermostaatdifferentieel (als remote sensor wordt gebruikt) Als het systeem over een remote sensor beschikt, de stappen voor verhogen/ verlagen instellen. Als u de stappen wil veranderen in… — 1°C 12 (22) 0,5°C Instelling: Differentieel automatisch veranderen Stel het temperatuurverschil tussen het instelpunt koelen en het instelpunt verwarmen in de automatische stand in (beschikbaarheid afhankelijk van het systeemtype).
Configuratie Instelling: Instelling T1/T2-input Afstandsbediening is mogelijk door overdracht van de externe input op de klemmen T1 en T2 van de klemmenstrook voor bedrading van de gebruikersinterface en de transmissie. FORCED Input A a Geforceerd UIT b Input A Vereisten inzake bedrading Specificatie bedrading Ommanteld vinylsnoer of 2-aderige kabel...
Overhandiging aan de gebruiker 21 Overhandiging aan de gebruiker Als het testen voltooid is en de unit goed en op de juiste manier werkt, zorg ervoor dat de gebruiker de volgende zaken goed begrijpt: ▪ Controleer of de gebruiker de papieren documentatie heeft en vraag hem/haar deze bij te houden om deze later te kunnen raadplegen.
Opsporen en verhelpen van storingen 22 Opsporen en verhelpen van storingen 22.1 Problemen op basis van foutcodes oplossen Als er een probleem is met de unit, wordt op de gebruikersinterface een foutcode weergegeven. Het is belangrijk dat u het probleem begrijpt en maatregelen neemt alvorens een foutcode te resetten.
Als afval verwijderen 23 Als afval verwijderen OPMERKING Probeer het systeem NIET zelf te ontmantelen: het ontmantelen van het systeem en het behandelen van het koelmiddel, van olie en van andere onderdelen MOETEN conform met de geldende wetgeving uitgevoerd worden. De units MOETEN voor hergebruik, recyclage en terugwinning bij een gespecialiseerd behandelingsbedrijf worden behandeld.
▪ Een deel van de recentste technische gegevens is beschikbaar op de regionale Daikin-website (publiek toegankelijk). ▪ De volledige recentste technische gegevens zijn beschikbaar op het Daikin Business Portal (authenticatie vereist). 24.1 Bedradingsschema 24.1.1 Legende eengemaakt bedradingsschema Voor gebruikte onderdelen en nummering, zie het bedradingsschema op de unit.
Bij het product geleverde labels, handleidingen, informatiebladen en apparatuur die moet worden geïnstalleerd volgens de instructies in de meegeleverde documentatie. Optionele apparatuur Door Daikin geproduceerde of goedgekeurde apparaatuur die kan worden gecombineerd met het product volgens de instructies in de meegeleverde documentatie. Lokaal te voorzien NIET door Daikin geproduceerde apparatuur die kan worden gecombineerd met het product volgens de instructies in de meegeleverde documentatie.