Gebruik van zweving
Zweving is een functie die diepte en breedte toevoegt aan de
noten.
Gebruik de FUNCTION-parameter
van de onderstaande zwevingsinstellingen te selecteren.
Deze instelling
(getoonde aanduiding):
Tone*
Chorus 1
Chorus 2
Chorus 3
Chorus 4
FB Chorus
Deep Chorus
Flanger 1
Flanger 2
Flanger 3
Flanger 4
Short Delay 1
Short Delay 2
* Specificeert de begininstelling van elke toon.
Zie
"Functie-instellingen maken
NL-53) voor informatie over de FUNCTION-parameters.
Gebruik van helderheid
De helderheidsfunctie kan worden gebruikt om het geluid
helderder of milder te maken.
Gebruik de FUNCTION-parameter
helderheid in te stellen binnen het bereik van –3 t/m +3. Bij
een waarde van +1 of hoger klinken de noten helderder en bij
een waarde van –1 of lager klinken de noten milder. Zie
"Functie-instellingen maken
NL-53) voor informatie over de FUNCTION-parameters.
9
("Chorus Type") om een
Zwevingstype:
Toon
Zweving 1
Zweving 2
Zweving 3
Zweving 4
Feedback-zweving
Diepe zweving
Flanger 1
Flanger 2
Flanger 3
Flanger 4
Korte vertraging 1
Korte vertraging 2
(FUNCTION-modus)" (pagina
10
("Brilliance") om de
(FUNCTION-modus)" (pagina
Aanpassen van de
geluidskarakteristieken van de
akoestische piano
(Akoestieksimulator)
De tonen van uw Digitale Piano hebben ingebouwde
elementen die ze de nagalmkarakteristieken van een
akoestische piano geven. Gebruik de onderstaande
procedure om de karakteristieken van de noten af te stellen.
■ Aanpassen van de geluidskarakteristieken van
de akoestische piano
1.
Houd de bp^ toets ingedrukt totdat
"[FUNCTION]" op het display verschijnt.
De FUNCTION-modus wordt ingeschakeld.
2.
Gebruik de bk U en bl I toetsen om de
volgende menu-items achter elkaar te
selecteren: "SOUND" 3 "ACOUSTIC SIMU.".
3.
Gebruik de bk U en bl I toetsen om het
instelitem weer te geven dat u wilt veranderen
en tip dan bm ENTER aan.
• Zie
"Lijst van instelitems voor het geluid van de
akoestische
piano" (pagina NL-26) voor meer
informatie over de instelitems en de bijbehorende
instellingen.
4.
Gebruik de bk – en bl + toetsen om de
instelling te veranderen.
5.
Tip bp EXIT aan.
6.
Herhaal de stappen 3 t/m 5 voor elk van de
items waarvan u de instelling wilt veranderen.
7.
Houd bp EXIT ingedrukt totdat "[FUNCTION]"
van het display verdwijnt om de FUNCTION-
modus te verlaten.
Gebruik van de Digitale Piano
NL-25