Gemeenschappelijke bediening voor alle functies
■ Modusselectietoets
Uw Digitale Piano heeft drie modi die hieronder worden beschreven.
RHYTHM modus: Dit is de modus voor de basisbediening. In aanvulling op het normale toetsenbordspel kan deze modus worden
gebruikt voor de meeste andere bedieningsfuncties van de Digitale Piano.
ACCOMP modus: Deze modus is voor het spelen van automatische begeleiding met akkoorden. Zie
begeleiding" (pagina NL-31).
SONG modus:
Gebruik deze modus om melodieën weer te geven. Zie
NL-51).
Tip de 3 modusselectietoets enkele malen aan om de drie modi te doorlopen.
Een van de indicators boven of onder de modusselectietoets brandt om de geselecteerde modus aan te geven. De namen van de
andere modi zijn niet zichtbaar.
■ ^ toets
U kunt de bp^ toets gebruiken om de vier verschillende functietypen voor de zes toetsen (bq t/m cl) rechts op het voorpaneel
van de Digitale Piano te doorlopen.
Tip bp^ enkele malen aan om de verschillende functietypen te doorlopen. Een van de indicators rechts naast de bp^ toets
brandt om het geselecteerde functietype aan te geven.
Wanneer deze
functienaam brandt:
TONE
RHYTHM
CTRL
REG.
Voorbeeld: De toetsen bq t/m cl zijn ingesteld zoals hieronder is aangegeven wanneer "CTRL" is geselecteerd (brandt).
NL-12
Kunnen de toetsen bq t/m cl worden gebruikt voor deze bediening:
Selecteren van de tooncategorie (pagina NL-14)
Selecteren van de ritmecategorie (pagina NL-31)
DSP-selectie (pagina NL-23), veranderen van de transponeerinstelling (pagina NL-19), selecteren
van de knoppenset (pagina NL-26), veranderen van de arpeggiator (pagina NL-27) /automatisch
harmoniseren (pagina NL-37) instelling, veranderen van de splits- en lageninstelling (pagina NL-17)
Registratiebediening (pagina NL-40)
"Luisteren naar melodieën
"Gebruik van automatische
(MIDI-speler)" (pagina