Bediening
De projector opstarten
1.
Sluit de voedingskabel aan op de projector en
een stopcontact. Controleer of de
voedingsindicator op de projector oranje
brandt zodra de stroom is ingeschakeld.
•
Gebruik de originele accessoires (bijv.
voedingskabel) alleen met het apparaat
om mogelijke gevaren, zoals elektrische
schok en brand, te voorkomen.
•
Als de functie Direct inschakelen is geactiveerd in het menu
SYSTEEMINSTLL: Basis > Gebruiksinstellingen, wordt de projector
automatisch ingeschakeld nadat de voedingskabel is aangesloten en er
stroom wordt geleverd. Zie
details.
•
Als de functie Inschakelen bij signaal is geactiveerd in het menu
SYSTEEMINSTLL: Basis > Gebruiksinstellingen, schakelt de projector
automatisch in als een VGA-signaal is gedetecteerd. Zie
bij signaal" op pagina 59
2.
Druk op
op ON op de afstandsbediening om de
projector te starten.
De voedingsindicator knippert en blijft
groen als de projector wordt ingeschakeld.
Het opstarten duurt ongeveer 10-20
seconden. In de latere fase van het
opstarten wordt het opstartlogo
geprojecteerd.
Draai zo nodig aan de scherpstelring om de helderheid van het beeld aan te
passen.
Als de projector nog warm is van de vorige sessie, blijft de ventilator ongeveer 90
seconden draaien voordat de lamp wordt ingeschakeld.
3.
Als de projector voor de eerste keer wordt
ingeschakeld, selecteert u de OSD-taal volgens de
instructies op het scherm.
4.
Als u een wachtwoord wordt gevraagd, drukt u op
de pijlknoppen om een wachtwoord van zes cijfers
in te voeren. Zie
gebruiken" op pagina 28
5.
Schakel alle aangesloten apparatuur in.
6.
De projector start het zoeken naar
ingangssignalen. Het momenteel gescande
ingangssignaal verschijnt op het scherm. Als de projector geen geldig signaal
voor details.
Voeding op de projector of
I
I
"De wachtwoordfunctie
voor details.
"Direct inschakelen" op pagina 59
voor
"Inschakelen
Bediening
23