1.3
Documentatie voor armatuur adressering
Voordat armaturen worden geïnstalleerd om op viaFlex aan te sluiten moet de volgende gegevens worden bewaard. Zie ook
sectie 3.8. Het is zeer arbeidsintensief indien deze gegevens worden verzameld nadat de armaturen zijn geïnstalleerd.
Essentiele informatie:
-
FLX adres: Adres code op FLX armatuur module (sticker met adres en barcode)
-
Allocatie aan viaFlex OS xx onderstation
Bedrijfsmodus (v.b. continu (CL) of nood (NL) etc.)
-
-
Armatuur identificatie (locatie)
vrij tekst voor armatuurlocatie, groep en armatuurnummers indien van toepassing, maximaal 40 karakters.
-
Schalingsfactor (LED armaturen)
"LED" dient te worden ingevuld bij het gebruik van LED armaturen, bijvoorbeeld bij een Serenga armatuur, of bij
het gebruik van een specifiek LED FLX zoals "FLX 1...18W". Dit is noodzakelijk om de juiste meetwaarde en
meldingen uit het viaFlex systeem te genereren.
Signalisatie of verlichting
-
Deze invoer is noodzakelijk om het juiste symbool te tonen bij gebruikmaking van het viaFlex Senso of het
Sentara Senso visualisering softwarepakket
viaFlex OS groep (eindgroep van de viaFlex OS, waarin het armatuur is aangesloten)
-
Diverse hulpmiddelen zijn beschikbaar om dit proces te vereenvoudigen. zie Afbeelding 1.
Let op de aansluitinstructies die geleverd worden bij de armaturen en of de FLX modules.
Afbeelding 1
Extract uit "viaFlex FLX Allocatielijst 460.02.NL.xx"
Bedieningshandleiding viaFlex
490.01.NL.01
7