2.
Verplaats het kader d.m.v. [ ], [ ], [ ] en [ ]
om de gewenste scene te selecteren.
• Door op [ ] of [ ] te drukken terwijl het rode kader zich
op de rand van het scherm bevindt, wordt naar het
volgende scherm van de BEST SHOT scenes gebladerd.
• Door de zoomregelaar in de richting van [
schuiven wordt tekst getoond die een verklaring geeft van
de instellingen die geconfigureerd worden door de
geselecteerde scene. Schuif de zoomregelaar nogmaals
in de richting van [
het scene selectiescherm.
• Om terug te gaan naar "Auto" (automatisch), selecteer
Scene 1 hetgeen "
[MENU] te drukken terwijl het sceneselectiescherm of de
scene beschrijvingstekst zich op het beeldscherm
bevindt, springt het rode kader direct door naar "
(automatisch).
] of [
] of [
] om terug te keren naar
" (automatisch) is. Door op
3.
Druk op de [SET] om de instellingen toe te
passen van de geselecteerde scene en terug
te gaan naar het opnamescherm.
• De instellingen van de scene die u selecteerde blijven
van kracht totdat u een andere scene selecteert.
• Herhaal de bovenstaande procedure vanaf stap 1 om een
] te
andere BEST SHOT scene te selecteren.
4.
Druk op de sluitertoets.
• Door op de sluitertoets te drukken terwijl de "
(film)) scene geselecteerd is, wordt de filmopname
gestart en gestopt.
"
94
" (Movie
GEBRUIKEN VAN BEST SHOT