5-2 Het livescherm/freezescherm gebruiken
1
Startinstellingsmenu
Als u de stroom van dit instrument INSCHAKELT, verschijnt het livescherm.
Een druk op de knop [MENU] op het livescherm en/of het freezescherm zorgt ervoor dat u de
volgende instellingen kunt configureren.
Hoofdmenu
<TITLE>
<WHITE BA-
LANCE>
<IMAGE
MODE>
59
Submenu
Voert een titel in.
-
Past de witbalans aan (alleen livescherm).
-
<IMAGE INVER-
Draait het beeld om.
SION>
<SHARPNESS>
Past de scherpte van het beeld aan
<SATURATION>
Past de kleur van het beeld aan
<DYNAMIC NOISE
Om instellingen met betrekking tot de Dynamische Ruis-
REDUCTION>
onderdrukking te configureren.
Plaatst een titel op het livescherm en de opgenomen beel-
den. Er kunnen tot 30 tekens worden ingevoerd.
Zie "Een titel invoeren" (pagina 63).
Geeft aan of de witbalans moet worden aangepast of niet.
· <CANCEL>: niet aanpassen.
· <EXECUTE>: aanpassen.
Bij de vervanging van onderdelen zoals de optische adapter
moet u de witbalans aanpassen door een beeld van een wit
voorwerp, zoals een blad papier, op een afstand van 50 tot
60 mm te maken.
LCD- en HDMI- outputbeelden kunnen worden omge-
draaid.
De beschikbare opties zijn <OFF>, <HORIZONTALLY RE-
VERSE>, <VERTICALLY REVERSE> en <ROTATE>.
Deze optie kan niet worden gebruikt voor het freezescherm.
Het scherpteniveau verhoogt van links naar rechts (4 ni-
veaus).
Zie "De scherpte van beelden aanpassen (alleen van
toepassing voor GX, GX (stereometing))
(pagina 66). Deze optie kan niet worden gebruikt voor
het freezescherm.
·
<MONOTONE>: toont het beeld in monochromie.
·
<NATURAL>:
toont het standaard geobserveerde beeld.
·
<VIVID>:
benadrukt het volledige beeld.
Zie "De kleur van beelden aanpassen (alleen van toepas-
sing voor GX, GX (stereometing))
(pagina 66). Deze optie kan niet worden gebruikt voor
het freezescherm.
U kunt aangeven of de Dynamische Ruisonderdrukking
moet worden in- of uitgeschakeld.
· <OFF>: uitschakelen
· <ON>: inschakelen
Deze optie kan niet worden gebruikt voor het freezescherm.
Item
"
"