• Tijdens de werking wordt geadviseerd om een raam te openen.
• Het bedrijf van verschillende, decoratieve ethanolstookplaatsen is
alleen toegestaan, wanneer de brandstofdoorvoer van alle toestellen
een waarde heeft die niet hoger is dan 0,5 l/h en er bovendien voor
voldoende ventilatie wordt gezorgd. Neem in dit verband de aanwijzing
op pagina 5 onder punt 2.1 in acht. Technische gegevens.
• De brander mag uitsluitend worden gebruikt met de brandermat en
deze pitten. Een verandering van het aantal of het materiaal van de
pitten of de brandermat is niet geoorloofd.
• Alle veranderingen aan de ebios-fire-meubels zijn niet geoorloofd.
• Dit is een decoratieve stookplaats voor een particuliere woning die niet
is bestemd voor verwarmen en niet voor continubedrijf! Toch dient erop
te worden gelet dat bij het verbrandingsproces warmte als nevenpro-
duct (ca. 3 kW) ontstaat. Dit kan o.a. leiden tot een opwarming van de
opstelruimte..
ebios-brander
• Wanneer de brander niet wordt gebruikt, dient er in principe geen
brandstof in de tank aanwezig te zijn en moet de doofschuif op de
brander zijn geplaatst.
• De branders zijn ervoor bestemd om tot aan het einde van de brandstof
te branden. Wanneer u slechts gedurende een korte periode van het
vlammenbeeld wilt genieten,
• vul dan dienovereenkomstig minder brandstof bij. Sluit de brander door
middel van de afdekschuif met behulp van de koude hand, wanneer
u hem vroegtijdig buiten gebruik wil stellen. Laat de brander na het
doven ten minste 1 uur rusten!
• De brander mag NIET in warme of brandende toestand en NIET via de
brandergoot worden gevuld! LEVENSGEVAAR!
• De omgang met brandstof in de buurt van het hete of nog brandende
toestel brengt aanzienlijke risico's met zich mee en is beslist verboden!
• Vul de brander alleen via de vulopening, nooit via de brandergoot!
• Als er onopzettelijk ethanol wordt gemorst, verwijder dit dan meteen en
voor het aansteken van de brander!
• Let erop dat de lichtsterkte van de vlam zover kan afnemen dat
de vlam niet meer duidelijk zichtbaar is. Wijs kinderen en andere
huisgenoten daarop.
• Minimale wachttijd tussen doven en opnieuw vullen van de brander =
1 uur!
• Rook niet bij het hanteren van de brandstof en de ebios-fire.
Bij het negeren van deze basisregels kan een ongecontroleerde ontsteking
tot en met explosie ontstaan!
3.2 BRANDSTOF
Als brandstof wordt „Bio-ethanol" (chemische formule C
ethanolgehalte van 96% gebruikt. Deze is te koop bij uw dealer. Dit is een
gevaarlijke stof conform ADR: klasse 3 PG II, UN 1170.
Gebruik nooit andere brandstoffen, zoals benzine, spiritus e.a. brandbare
vloeistoffen en meng de brandstof niet onderling of met andere brandbare
stoffen. De branders mogen uitsluitend met de voorgeschreven brandstof
(zuiverheidsgraad van 96%) worden gebruikt. Anders vervalt de garantie en
krijgt u eventueel een onveilige of gevaarlijke werkwijze.
Ethanol is een licht ontvlambare vloeistof, die stevig gesloten, beschermd
tegen licht en uit de beurt van vuurbronnen moet worden opgeslagen. Het is
toegestaan om max. 5 liter in de woonruimte en max. 20 liter in de kelder
op te slaan. Bewaar het bio-ethanol buiten bereik van kinderen. Vul voor
de veiligheid de branders pas kort voor gebruik, zodat deze niet onopzet-
telijk en door onbevoegde personen kunnen worden aangestoken of dat de
brandstof verdampt.
NL 14
H
O) met een
2
6