3
Veiligheid
3.1
Algemene veiligheid
De inachtneming van de veiligheidsinstructies
van deze bedieningshandleiding en de bijbeho-
rende aanvullendebedieningshandleidingen kan
u beschermen tegen mogelijk levensgevaar.
Door de veiligheidsinstructie en opmerkingen in
acht te nemen, kunnen materiële schade en mili-
euschade worden vermeden en kan de graafma-
chine op de juiste manier worden gebruikt. De fa-
brikant is niet aansprakelijk voor verwondingen
en schade als gevolg van het niet-naleven van
deze bedieningshandleiding.
3.1.1
Veiligheidssysteem van
waarschuwing
Dit waarschuwingssymbool in het kader
van de daarna volgende tekst wordt in
deze betriebshandleiding gebruikt als
een "veiligheidssysteem van waarschu-
wing".
Het waarschuwingssymbool wijst op mo-
gelijk persoonlijk letsel. Alle instructies na
dit waarschuwingssymbool dienen te
worden opgevolgd om lichamelijk letsel
met mogelijk dodelijke afloop te voor-
komen.
3.1.2
Gevarenclassificatie
De volgende signaalwoorden geven samen met
het waarschuwingssymbool de mate van moge-
lijk gevaar weer.
GEVAAR – wijst op onmiddelijke gevaarlijke situ-
aties die, wanneer deze niet worden voorkomen,
ernstige verwondingen of dood tot gevolg
hebben.
WAARSCHUWING – wijst op gevaarlijke situa-
ties die, wanneer deze niet worden voorkomen,
ernstige verwondingen of dood tot gevolg
hebben.
LET OP – wijst op gevaarlijke situaties die, als ze
niet worden voorkomen, licht of middelzwaar per-
soonlijk letsel tot gevolg hebben.
AANWIJZING – wijst op gevaarlijke situaties, die
als ze niet worden voorkomen, materiële schade
veroorzaken.
Opmerking
Signaalwoorden zonder waarschuwingssym-
bool hebben betrekking op mogelijke materiële
schade.
3
Veiligheid
7