Controles
Als er een fout optreedt in de airconditioner worden de
foutcode en het UNIT No. van de binnenunit op het
scherm van de afstandsbediening weergegeven.
De foutcode wordt alleen weergegeven terwijl het
toestel in werking is.
Als het scherm leeg is, bedient u de airconditioner op
de manier die beschreven is in het hoofdstuk
"Bevestiging foutenlog" ter bevestiging.
Foutcode
UNIT No. van de binnenunit
waar een fout optrad
27-NL
Bevestiging foutenlog
Als er een fout optreedt in de airconditioner, kunt u
door middel van de volgende procedure het foutenlog
bevestigen. (Het foutenlog wordt opgeslagen tot
maximaal 4 fouten.)
Het foutenlog kan zowel bevestigd worden terwijl de
airconditioner in werking is, als wanneer hij gestopt is.
2
3
1
1
Wanneer u de toetsen
en
minimaal 4
seconden gelijktijdig indrukt, wordt het
onderstaande op het scherm weergegeven.
Als
wordt weergegeven, gaat het toestel over
in de foutenlogmodus.
• [01: Volgorde van foutenlog] wordt
weergegeven in het CODE No.
• [Foutcode] wordt weergegeven in het CHECK.
• [Binnenunitadres waar een fout optrad] wordt
weergegeven in Unit No.
2
Met de
-toets die gebruikt wordt om de
temperatuur in te stellen, kunt u het
opgeslagen foutenlog op volgorde aflezen.
De cijfers in het CODE No.-venster lopen van
CODE No. [01] (meest recent) → [04] (oudste).
VEREISTEN
Door op de
-toets te drukken, wordt het gehele
foutenlog gewist.
3
Druk nadat u de wijzigingen hebt
gecontroleerd op de
-toets om terug te
keren naar de gewone schermweergave.
10
Bediening en Werking
▼ Controle alvorens gebruik
• Controleer of de aardedraad is ontkoppeld.
• Controleer of de luchtfilter geplaatst is.
• Schakel de circuitonderbreker ten minste 12 uur
alvorens het starten van de unit in.
▼ 3 minuten beschermingsfunctie
De beveiligingsfunctie van drie minuten voorkomt dat
de airconditioner kan gestart worden in de eerste drie
minuten nadat de hoofdschakelaar/stroomonderbreker
ingeschakeld is om de airconditioner te herstarten.
▼ Stroomonderbreking
De werking van de unit stopt indien de stroom wordt
onderbroken.
• Om het toestel opnieuw te starten, drukt u op de
ON / OFF-toets op de afstandsbediening.
• Bliksem of de nabijheid van een draadloze mobiele
telefoon kunnen de werking van het toestel
verstoren. Schakel de hoofdschakelaar of de
stroomonderbreker uit en opnieuw in. Druk op de
ON / OFF-toets van de afstandsbediening om
opnieuw op te starten.
▼ Ontdooien
Als de buitenunit tijdens het verwarmen bevriest, zal de
functie ontdooien automatisch (gedurende ongeveer 2
tot 10 minuten) worden ingeschakeld om de
verwarmingscapaciteit op peil te houden.
• De ventilatoren van zowel de binnen- als de
buitenunit stoppen tijdens het ontdooien.
• Tijdens het ontdooien, stroomt het water via de
onderplaat van de buitenunit weg.
▼ Verwarmingscapaciteit
Tijdens het verwarmen wordt de warmte van buiten
geabsorbeerd en naar de kamer gestuurd. Het
hittepompsysteem gebruikt deze manier van
verwarmen. Bij te lage buitentemperaturen verdient het
aanbeveling om aanvullende verwarmingsapparatuur
te gebruiken in combinatie met de airconditioner.
– 14 –
▼ Beveiliging
• Stopt de werking als de airconditioner overbelast
raakt.
• Als de beveiliging in werking treedt, stopt de werking
van de unit en knipperen de inbedrijf-indicator en
controle-indicator op de afstandsbediening.
▼ Als de beveiliging geactiveerd is
• Schakel de circuitonderbreker uit en inspecteer.
Het voortzetten van het gebruik kan een onjuiste
werking veroorzaken.
• Controleer of de luchtfilter geplaatst is. Daarbij kan
de hittewisselaar door stof verstopt zijn waardoor er
water gaat lekken.
▼ Tijdens koelen
• De luchtinlaat en/of luchtuitlaat van de buitenunit
zijn / is geblokkeerd.
• Er blaast voortdurend harde wind tegen de uitlaat
van de buitenunit.
▼ Tijdens het verwarmen
• Het luchtfilter is door veel stof verstopt.
• De luchtinlaat en/of luchtuitlaat van de binnenunit
zijn/is geblokkeerd.
▼ Schakel de stroomonderbreker niet uit
• Tijdens het gebruiksseizoen van de airconditioner
moet u de circuitonderbreker in de AAN-stand
geschakeld houden en de ON / OFF toets van de
afstandsbediening voor het in- en uitschakelen
gebruiken.
EN
ID
ID
28-NL