8 Installatie
8.5
Elektrische installatie
8.5.1
Aanbevelingen
8.5.2 Maatvoering voor elektrische
60
Effenca MT 20-40
Waarschuwing
De elektrische aansluitingen moeten altijd worden aangebracht
door erkende installateurs. Zorg ervoor dat bij werkzaamheden
aan de warmtepomp de elektrische stroomtoevoer veilig is
geïsoleerd en afgesloten.
Opgelet
Gebruik
een
onderdelen van apparaten voor gebruik buitenshuis mogen niet
lichter
zijn
dan
polychloropreen (ontwerp 60245 IEC 57). In het VK moet de
installatie voldoen
bedradingsregels BS 7671.
Elektrische kabels conformiteit voor aarding: In het land van installatie
geldende installatienormen.
De installateur moet de stroomtoevoerkabels leveren en aansluiten.
Breng de elektrische aansluitingen op het apparaat aan overeenkomstig:
De
voorschriften
van
bedradingsvoorschriften.
Informatie die op de elektrische schema's is aangegeven die bij het
apparaat zijn meegeleverd. De aanbevelingen in deze handleiding.
Controleer dat de bedrading niet onderhevig is aan slijtage, corrosie,
buitensporige druk, trillingen, scherpe randen of andere negatieve invloeden.
Houd rekening met de effecten van veroudering of constante trillingen van
bronnen, zoals compressors of ventilatoren.
De elektrische eigenschappen van de beschikbare hoofdstroomtoevoer
moeten overeenkomen met de waarden die op het typeplaatje worden
vermeld. Schade bij het opstarten door een verkeerde spanning valt niet
onder de garantie van de fabrikant.
Kies de kabels zorgvuldig aan de hand van de volgende informatie:
Maximale stroomsterkte van het toestel.
De stroomtoevoerkabels moeten geschikt zijn voor gebruik buitenshuis.
Neutrale bedrijfsomstandigheden.
Afstand van het toestel tot de oorspronkelijke stroomtoevoerbron.
Raadpleeg altijd het bedradingsschema van het toestel bij het aanbrengen
van elektrische aansluitingen. Raadpleeg de hoofdstukken 7.1.5 en 7.1.6.
De verbindingsdraden moeten in de beschermende leiding of in geleiders
voor elektrische kabels, kabelgoten enz. worden geplaatst.
Controleer of alle elektrische verbindingen goed vastzitten.
Zorg ervoor dat het toestel 6 uur voor het opstarten van stroom wordt
voorzien (om ervoor te zorgen dat de compressorolie wordt opgewarmd).
De installateur moet buiten het toestel een langzaam werkende thermische
beveiliging met C-curve plaatsen (32 A voor de modellen 20 en 26 en 50 A
voor de modellen 33 en 40) om het toestel te beveiligen tegen kortsluiting
en overbelasting (zie details op de volgende pagina).
De installateur is verplicht een aardlekschakelaar te installeren om de
stroom onmiddellijk te onderbreken in geval van storing of stroomlekkage
(zie details op de volgende bladzijde).
De installateur moet de beschermkabels gebruiken volgens de geldende
voorschriften die van toepassing zijn op het type installatie.
INM_REMEHA_EFFENCAMT_PSD1_20-40_208622_230401_V01_NL
geschikte
kabel:
stroomtoevoerkabels
flexibele
kabels
met
aan
de
laatste
versie van de
de
geldende
normen
voor
een
coating
van
IEE-
en
de
nationale