6.1
Montagevoorwaarden
6.1.1
Controle van de leveringstoestand
6.1.2
Eisen aan de opstelplaats
6.1.3
Eisen aan de afvalwateraansluiting
6.1.4
Eisen aan de leidingwateraansluiting
9715277
•
Controleer de volledigheid van de levering onmiddellijk na ontvangst door mid-
del van een vergelijking met de MEIKO-orderbevestiging en/of het afleverings-
bewijs.
•
Reclameer eventueel ontbrekende onderdelen onmiddellijk bij de expediteur en
stel MEIKO op de hoogte.
•
Controleer de machine op transportschade.
Aanwijzing
Bij elk vermoeden van transportschade moeten de expediteur en MEIKO direct
schriftelijk op de hoogte worden gesteld. Fotografeer de beschadigde onderdelen
en stuur de foto's naar MEIKO.
De spoelmachine is alleen tijdens de levering resp. in een speciale uitvoering (optie
vorstbeveiliging) vorstbestendig.
Het opstellen van de spoelmachine bij omgevingstemperaturen onder 0 °C kan
schade aan watergeleidende onderdelen (bijv. pomp, magneetklep, boiler etc.) ver-
oorzaken.
•
Zorg ervoor dat de opslag- en opstellocatie permanent vorstvrij zijn.
Door het werken met water kan er in het werkgebied gevaar voor uitglijden ontstaan.
•
Breng na de montage op basis van de algemene/plaatselijke veiligheidsvoor-
schriften in het werkgebied antislip-vloerbedekking aan.
In de afvalwaterleiding is een loogpomp geïntegreerd.
•
Sluit de afvoerslang ter plaatse aan op de afvalwaterleiding.
– Alleen voor Australië:
De afvoerslang moet waterdicht met een afvoergarnituur volgens
AS 1589 AS 2887 en een sanitaire afvoerleiding of sanitaite afvoerarmatuur
volgens AS / NZS 1260 zijn verbonden.
•
Zorg, afhankelijk van het gebruik van de vaatwasmachine, op basis van de al-
gemene/plaatselijke voorschriften voor een vetafscheider.
•
Bij vaatwasmachines met GiO-MODULE moet de maximale afvoerhoogte in
acht worden genomen (zie het maatblad).
Leidingwateraansluitingen met bijbehorende componenten moeten conform
de plaatselijk geldende voorschriften worden uitgevoerd, bijvoorbeeld EN
1717 / DIN 1988-100. Het leidingwater moet in microbiologisch opzicht de kwa-
liteit van drinkwater hebben. Dit geldt ook voor behandeld water.
In de basisuitrusting is de vaatwasmachine voorzien van een vrije uitloop (type AA
of AB conform EN 1717 of EN 61770). Voor de SVGW (Zwitserland) en andere lan-
den is, afhankelijk van de machine-uitvoering, tevens voor de aansluitslang min-
stens één veiligheidsvoorziening van het type EA vereist. Installatiecomponenten en
materialen moeten geschikt en toegelaten zijn volgens de plaatselijk geldende voor-
schriften. In de leidingwaterleiding van de vaatwasmachine is een magneetklep ge-
ïntegreerd. Samen met de lekwaterschakelaar in de bodemlekbak van het onder-
frame is zodoende gewaarborgd dat bij een eventuele lekkage in de machine de lei-
dingwatertoevoer wordt onderbroken.
24 / 62