Druk op de rechter knop [33] - het geselecteerde icoon
verdwijnt van de onderkant van het scherm.
Afbeelding 20
De geselecteerde parameter of functie is van de
Lasparametersbalk verdwenen [41].
Afbeelding 21
Beschrijving parameters en functies:
Gasvoorstroomtijd – tijd dat beschermgas
stroomt nadat de toortsknop werd ingedrukt
voordat de draad werd ingevoerd.
Regelbereik: van 0 seconden (UIT) tot 25 seconden
(fabrieksinstelling is ingesteld op Auto-modus).
Gasnastroomtijd – tijd dat beschermgas
stroomt nadat het lassen gestopt is.
Regelbereik: van 0 seconden (UIT) tot 25
seconden (fabrieksinstelling is ingesteld op Auto-
modus).
Burnback-tijd – hoeveelheid tijd dat het
lassen doorgaat nadat de draad stopt met
toevoeren. Het voorkomt dat de draad in het
lasbad blijft steken en bereidt het uiteinde van de draad
voor op de volgende boogstart
Regelbereik:
van
(fabrieksinstelling is ingesteld op Auto-modus).
Instellingen Puntlassen – stelt de totale
lastijd in, zelfs als toortsknop nog steeds wordt
ingedrukt. Deze functie werkt niet in de 4-takt
toortsmodus.
Regelbereik: van 0 seconden (UIT) tot 120 seconden,
(UIT is de fabrieksinstelling).
WAARSCHUWING
De Puntlastimer heeft geen effect in de 4-Takt
toortsmodus.
Run-in WFS – stelt de draadaanvoersnelheid in
vanaf het moment dat de toortsknop wordt
ingedrukt totdat een boog tot stand is gebracht.
Regelbereik:
van
(fabrieksinstelling is ingesteld op Auto-modus).
Nederlands
UIT
tot
0.25
seconden
minimum
tot
150
Startprocedure – regelt de WFS en volt (of
trim) voor een bepaalde tijd aan het begin van
het lassen. Tijdens de starttijd zal de machine
omhoog of omlaag gaan van de startprocedure naar de
vooraf ingestelde lasprocedure.
Pas het tijdsbereik aan: van 0 seconden (UIT) naar
10 seconden.
Kraterprocedure – regelt de WFS (of waarde
in ampère-eenheden) en volt (of trim) voor
een specifieke tijd aan het einde van het
lassen nadat de trekker werd losgelaten. Tijdens de
kratertijd zal de machine omhoog of omlaag gaan van de
lasprocedure naar de kraterprocedure.
Pas het tijdsbereik aan: van 0 seconden (UIT) naar
10 seconden.
A/B Procedure – maakt snelle wijziging van
de lasprocedure mogelijk. De reekswijzigingen
kunnen optreden tussen:
Twee verschillende lasprogramma's.
Verschillende instellingen voor hetzelfde programma.
Oproepen uit het Gebruikersgeheugen -
roept de opgeslagen programma's op uit het
gebruikersgeheugen. Om het lasprogramma
uit het gebruikersgeheugen op te roepen:
Opmerking: Vòòr het gebruik moest het lasprogramma
aan het gebruikersgeheugen worden toegewezen
Voeg het icoon "Laden" toe aan de balk Parameters
lassen.
Gebruik de rechterknop [33] om het geheugen-icoon
"Laden" te markeren.
Druk op de rechter knop [33] om te bevestigen - het
geheugenmenu
weergegeven.
Gebruik de rechterknop [33] om het geheugennummer
te markeren waaruit het Lasprogramma wordt
opgeroepen.
Bevestig de selectie – druk op de rechtertoets [33].
Opslaan in het Gebruikersgeheugen - Sla
de lasprogramma's met hun parameters op in
één van de vijftig gebruikersgeheugens. Om
op te slaan in het geheugen:
Voeg het icoon „Opslaan in het Gebruikersgeheugen"
toe aan de Lasparametersbalk.
Gebruik de rechterknop [33] om het icoon „Opslaan in
het Gebruikersgeheugen" aan te geven.
in/min
18
"Laden"
wordt
op
het
Afbeelding 22
Nederlands
display