2
1
1
afb. 36
afb. 37
3
4
5 Nm
1
2
05 INDIVIDUELE INSTELLINGEN
5.2 Armsteunen (optioneel)
Als uw AS[01] | AS[01]RF is uitgerust met armsteu-
nen, kunt u deze in hoogte en lengte verstellen.
1.
Om de hoogte te verstellen draait u de bou-
ten los (1, afb. 36).
2.
Plaats de armsteun in de gewenste positie
en hoogte (2, afb. 36).
3.
Om de lengte (kort of lang) te kiezen, ver-
wijdert u de armsteun volledig, draait u
hem 180° (3, afb. 36) en brengt u hem ver-
volgens weer aan de andere kant erin
(4, afb. 36).
4.
Breng de bout weer in en draai deze aan
(1, afb. 36).
5.3 Lengte onderbenen verstellen
1.
Draai inbusbout aan de achterkant (1, afb.
37) in één à twee slagen los. De buis van de
voetplaat is nu vrij en kan omhoog of om-
laag worden bewogen.
2.
Als u de juiste hoogte hebt gevonden
(2, afb. 37), draait u de bout weer aan (5
Nm) (1, afb. 37).
WAARSCHUWING
Let op de gaten in de buis van de voetplaat. Als
de bout niet in een van de gaten valt, kan niet
worden gegarandeerd dat de boutverbinding
goed is gemaakt en kunnen de beensteunen
eventueel beschadigd raken.
33
NL
EN
FR
IT
NL