gebruikt u afzonderlijke inline-zekeringen voor iedere stroomkring om te zorgen voor de
benodigde beveiliging.
1
2
3
4
• U dient altijd de aanbevolen waarden voor stroomonderbrekers/zekeringen in de
productdocumentatie in acht te nemen.
Belangrijk:
Houdt u er rekening mee dat de juiste waarde voor de thermische stroomonderbreker afhankelijk
is van het aantal apparaten dat u aansluit.
Verlengen voedingskabel
Als u de voedingskabel voor uw product wilt verlengen, dient u de volgende adviezen in acht te
nemen:
• De voedingskabel voor iedere unit in uw systeem dient te worden gelegd als afzonderlijke
2-draads kabel uit één stuk vanaf de unit naar de accu of het distributiepaneel van het schip.
• Voor het verlengen van voedingskabels wordt geadviseerd een minimale draaddikte aan te
houden van 16 AWG (1,31 mm
overbruggen, kunt u beter een dikkere draad gebruiken (bijv. 14 AWG (2,08 mm
(3,31 mm
) ).
2
• Een belangrijke vereiste voor alle voedingskabels (inclusief verlengkabels) is dat u dient te zorgen
voor een continue minimale spanning van 10,8 VDC bij de voedingsaansluiting van het product
bij een ontladen accuspanning van 11 VDC.
Verbindingen
Positieve (+) strook
Negatieve (-) strook
Stroomonderbreker
Zekering
2
). Voor kabels die een afstand van meer dan 15 meter moeten
2
), of 12 AWG
35