Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Apparaten Koppelen - Nokia E55 Gebruikershandleiding

Verberg thumbnails Zie ook voor E55:
Inhoudsopgave

Advertenties

Apparaten koppelen

Selecteer
Menu
>
Bluetooth.
Open het tabblad voor gekoppelde apparaten.
Kies vóór de koppeling een toegangscode (1 tot 16 cijfers)
en kom met de gebruiker van het andere apparaat overeen
om dezelfde code te gebruiken. Apparaten zonder
gebruikersinterface hebben een vaste toegangscode. U
hebt de toegangscode alleen nodig wanneer u de
apparaten de eerste keer verbindt. Na de koppeling kan
de verbinding worden geautoriseerd. Door de verbinding
te koppelen en te autoriseren, wordt de verbinding sneller
en eenvoudiger, aangezien u de verbinding tussen
gekoppelde apparaten niet telkens opnieuw hoeft te
accepteren wanneer een verbinding tot stand wordt
gebracht.
De toegangscode voor SIM-toegang op afstand moet uit
16 cijfers bestaan.
1. Selecteer
Opties
apparaat wordt gezocht naar Bluetooth-apparaten
binnen het bereik. Als u eerder gegevens via Bluetooth
hebt verzonden, wordt een lijst met de vorige
zoekresultaten weergegeven. Als u naar meer
Bluetooth-apparaten wilt zoeken, selecteert u
apparaten.
2. Selecteer het apparaat dat u wilt koppelen en voer de
toegangscode in. Dezelfde toegangscode moet ook op
het andere apparaat worden ingevoerd.
3. Selecteer
Ja
als u de verbinding tussen uw apparaat en
het andere apparaat automatisch tot stand wilt
brengen, of
Nee
134
bevestigen, telkens wanneer een verbindingspoging
Bed. paneel
Connect.
>
Nw gekoppeld
apparaat. Op het
>
als u de verbinding handmatig wilt
wordt gedaan. Na de koppeling wordt het apparaat
opgeslagen op de pagina met gekoppelde apparaten.
>
Selecteer
Opties
gekoppelde apparaat een nickname wilt geven. De
nickname wordt alleen in uw apparaat weergegeven.
Als u een koppeling wilt verwijderen, selecteert u het
apparaat dat u niet langer wilt koppelen en kiest u
Opties
> Verwijderen. Als u alle koppelingen wilt
verwijderen, selecteert u
u de koppeling annuleert met een apparaat waarmee u op
dat moment bent verbonden, wordt de koppeling
onmiddellijk verwijderd en wordt de verbinding
verbroken.
Als u wilt toestaan dat een gekoppeld apparaat
automatisch verbinding maakt met uw apparaat,
selecteert u Geautoriseerd. Verbindingen tussen uw
apparaat en het andere apparaat kunnen zonder uw
medeweten tot stand worden gebracht. Er is geen
afzonderlijke acceptatie of autorisatie vereist. Gebruik
deze status voor uw eigen apparaten, zoals een
compatibele hoofdtelefoon of computer, of apparaten van
mensen die u volledig vertrouwt. Als u
verbindingsverzoeken vanuit het andere apparaat elke
keer opnieuw wilt accepteren, selecteert u
Meer
geautoriseerd.
Als u een Bluetooth-audioaccessoire wilt gebruiken,
bijvoorbeeld een Bluetooth-handsfree of -hoofdtelefoon,
moet u het apparaat aan het accessoire koppelen.
Raadpleeg de gebruikershandleiding van het accessoire
voor de toegangscode en verdere instructies. Zet het
audioaccessoire aan om het te verbinden. Bij bepaalde
audioaccessoires wordt automatisch verbinding gemaakt
met het apparaat. Anders opent u het tabblad voor
Korte naam toewijzen
>
Opties
Alle
verwijderen. Als
>
als u het
Niet

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave