1. Verwijder het bakje (afb. 33).
2. Verwijder het kopjesrooster (A11), het rooster van het
drupbakje (A12) en de niveauindicator (A14), gooi het
water weg en reinig alle onderdelen met een doek: stel het
drupbakje vervolgens weer samen.
3. Plaats het drupbakje vervolgens terug.
13.3 Reiniging van het kleine kopjesrooster
1. Neem het rooster (A10) weg door het aan de linkerkant uit
te trekken en het vervolgens uit de houder te verwijderen
(afb. 34).
2. Reinig de houder met een doek en was het rooster (kan ook
in de vaatwasser).
3. Plaats het rooster terug door het vanaf de rechterkant in de
houder te schuiven en aan te duwen tot het goed bevestigd
is (afb. 35).
2
1
34
13.4 Reiniging en onderhoud van de koffiefilters
De koffiefilters zijn ontworpen voor het verkrijgen van een op-
timaal romige koffie. Voor de beste resultaten moeten de filters
altijd schoon zijn en vrij van koffieresten.
Derhalve moeten de filters, na elk gebruik, grondig worden
afgespoeld onder stromend water (afb. 36); duw het geperfo-
reerde filter altijd stevig in zijn zitting (afb. 37) en controleer of
het onderliggende gat (aangegeven op afb. 40) vrij is van resten.
36
Als er vuil of resten worden vastgesteld, en in ieder geval een-
maal per maand, moeten de koffiefilters grondig gereinigd
worden:
1. Verwijder het geperforeerde filter door aan het speciale
2 2
2
1
1
35
13.5 Reiniging van de sproeier van de ketel
Om de 200 gezette kopjes koffie moet de sproeier van de ketel
gespoeld worden: druk op de toets spoeling (B4)
ongeveer 200 ml water afgeven.
13.6 Reiniging van het waterreservoir
1. Verwijder het filter (*indien aanwezig) en spoel het onder
2. Reinig regelmatig (ongeveer eenmaal per maand) en bij elke
3. Plaats het filter terug (*indien aanwezig), vul het reservoir
4. (Alleen voor modellen met verzachtingsfilter) Laat 100ml
37
79
lipje te trekken (afb. 38).
38
40
stromend water af.
vervanging van het verzachtingsfilter (C6) (*indien aanwezig)
het waterreservoir met een vochtige doek en een beetje mild
reinigingsmiddel; spoel vervolgens grondig af.
met vers water en plaats het reservoir terug.
water afgeven.
39
2. Spoel de filterzeven af
onder stromend water
(afb. 39).
3. Controleer dat de gaatjes
niet verstopt zijn en reinig
ze anders met behulp van
een speld (afb. 39-40).
4. Droog alle onderdelen af
met een doek.
5. Plaats het geperforeerde
filter terug door het stevig
aan te drukken (afb. 37).
en laat