AFDRUKKEN
In dit onderdeel worden de basisprocedures voor het afdrukken uitgelegd.
Windows
In het volgende voorbeeld wordt uitgelegd hoe u een document van A4-formaat afdrukt uit WordPad,
een standaardprogramma dat met Windows wordt meegeleverd.
Om het printerstuurprogramma te installeren en de instellingen te configureren in een Windows-omgeving
raadpleegt u "2. INSTALLATIE IN EEN WINDOWS-OMGEVING" in de Veiligheidshandleiding / Handleiding
Software-installatie.
Voor informatie over de beschikbare printerstuurprogramma's en de vereisten voor het gebruik ervan raadpleegt
u "PRINTERFUNCTIE VAN HET APPARAAT" in "3. PRINTER" in de bedieningshandleiding.
(1)
(2)
(1)
44
1
Selecteer de afdrukopdracht
in de toepassing.
(1) Open het menu [Bestand].
(2) Selecteer [Afdrukken].
2
Open het instelvenster van
het printerstuurprogramma.
(1) Selecteer het
(2) Klik op de knop
(2)
printerstuurprogramma
van het apparaat.
[Voorkeursinstellingen].
In Windows 2000 verschijnt de knop
[Voorkeursinstellingen] niet. Klik op
elk tabblad in het dialoogvenster
"Afdrukken" om de instellingen
op dat tabblad te wijzigen.