Numerieke toetsen
Deze worden gebruikt om het aantal
kopieën, faxnummers en andere
nummers in te voeren.
[LOGOUT]-toets (
)
Als gebruikersidentificatie is geactiveerd,
drukt u op deze toets om uit te loggen
na het gebruik van de machine. Als u de
faxfunctie gebruikt, kan deze toets
worden ingedrukt om beltoonsignalen
via een pulslijn te verzenden.
[#/P]-toets (
)
Druk op deze toets om een
opdrachtprogramma te gebruiken als u
de kopieerfunctie gebruikt. Als u de
faxfunctie gebruikt, drukt u op deze toets
om te bellen d.m.v. een programma.
LOGOUT
[ALLES WISSEN]-toets
Druk op deze toets om een handeling
vanaf het begin opnieuw uit te voeren.
Alle instellingen worden gewist en de
handeling keert terug naar de
oorspronkelijke status.
[STOP]-toets
Druk op deze toets om een kopieeropdracht of
scannen van een origineel te stoppen.
[WISSEN]-toets
Druk op deze toets om
instellingen, zoals het aantal
kopieën, terug te zetten op "0".
[KLEUREN START]-toets
Gebruik deze toets om een
origineel in kleur af te drukken of
te scannen.
[SPAARSTAND]-toets
Gebruik deze toets om de spaarstandmodus te
activeren De [SPAARSTAND]-toets knippert als de
machine in spaarstandmodus staat. Deze toets wordt
ook gebruikt om de spaarstand uit te schakelen.
[ZWART-WIT START]-toets
Gebruik deze toets om een origineel in zwart-wit te
kopiëren of te scannen. Deze toets wordt ook gebruikt
om een fax te verzenden in faxmodus.
Netstroom-indicator
Deze indicator brandt als de
netstroom aan staat.
[NETSTROOM]-toet
Gebruik deze toets om
de machine aan en uit
te zetten.
11