EEN INTERFACEKABEL AANSLUITEN
Sluit de gewenste interfacekabel aan op de printer.
Sluit een USB-kabel pas aan wanneer het printerstuurprogramma op de
computer is geïnstalleerd.
1.
Sluit de interfacekabel aan op de interfaceconnector aan de
achterkant van de printer: serieel (1), USB (2), netwerk (3),
parallel (4).
Voor een parallelle kabel tilt u de klemmen aan beide zijden op
om de kabel vast te zetten nadat deze op de connector is
aangesloten.
2.
Voor parallelle, seriële of USB-kabels sluit u het andere einde
van de kabel aan op de interfaceconnector van de computer.
OPMERKING
INSTALLATIE- EN VERPLAATSINGSPROCEDURE > 41