• Om Projector Management Utility te verwijderen, gebruikt u de programmaverwijderingsfunctie
onder [Configuratiescherm] en verwijdert u "Projector Management Utility".
Vereiste instellingen bij gebruik van Projector Management Utility
Bereid het netwerk voor zodat de projector kan worden aangesloten. Geef de instellingen op in
[Draadloos LAN] of [Bedraad LAN].
Geef de volgende instellingen op om de projector met Projector Management Utility te beheren:
• [Projector-ID] in [Netwerkinstellingen]
• [PJLink]-items in [Netwerktoepassingsinstellingen]
Raadpleeg voor meer informatie Pag.100 "Netwerk-/USB-instellingen-menu".
• [PJLink-wachtwoord] is niet opgegeven in de fabrieksinstellingen. Het is raadzaam zo snel mogelijk
een wachtwoord te registreren. Als u het wachtwoord vergeten bent, registreer dan een nieuw
wachtwoord. Het nieuwe wachtwoord is geldig.
Projector Management Utility opstarten
Projector Management Utility haalt de registratie-informatie van de projector op uit het
configuratiebestand zodra het programma wordt geopend.
De volgende informatie kan worden verkregen:
• Status van de projector (aan/uit, ingangssignaal, AV dempen aan of uit, lampstatus, foutstatus)
• Informatie over de projector (productnaam, fabrikant, beschikbare ingangspoorten, overige
informatie)
De functies die vanuit Projector Management Utility kunnen worden bediend, zijn in-/uitschakelen,
schakelen tussen ingangssignalen en geluid dempen. Instellingen kunnen uitsluitend worden gewijzigd
als de functie die door de projector is opgegeven compatibel is.
1.
Dubbelklik op het "Projector Management Utility"-pictogram op het bureaublad.
De informatie voor de projectoren die door de toepassing worden gedetecteerd, wordt
weergegeven.
• Als Projector Management Utility met Windows Vista of Windows 7 gebruikt wordt, log dan in met
beheerdersrechten.
• De projector moet eerst worden geregistreerd. Raadpleeg de Help-functie van Projector
Management Utility voor meer informatie.
De projector beheren met Projector Management Utility
131