Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Daikin Altherma EPGA11DAV3 Uitgebreide Handleiding Voor De Installateur pagina 55

Verberg thumbnails Zie ook voor Altherma EPGA11DAV3:
Inhoudsopgave

Advertenties

VOORZICHTIG
Als er 2 zones zijn en de afgevertypes onjuist zijn
geconfigureerd, kan er water met een hoge temperatuur
naar een afgever met lage temperatuur (vloerverwarming)
worden gestuurd. Om dit te vermijden doet u het volgende:
▪ Installeer een aquastat-/thermostaatklep om te hoge
temperaturen naar een lage temperatuur-afgever te
voorkomen.
▪ Zorg dat u de afgevertypes voor de primaire zone [2.7]
en voor de secundaire zone [3.7] correct instelt in
overeenstemming met de aangesloten afgever.
Bedrijfsmodus pomp
Wanneer de bedrijfsmodus ruimteverwarming/-koeling UIT staat,
dan staat de pomp altijd UIT. Wanneer de bedrijfsmodus
ruimteverwarming/-koeling AAN staat, dan hebt u de keuze tussen
deze bedrijfsmodi:
#
Code
[4.5]
[F–0D]
Bedrijfsmodus pomp:
▪ 0 Continu: De pomp werkt continu,
ongeacht of de thermo AAN of UIT
staat.
werking van de pomp vraagt meer
energie dan wanneer de pomp alleen
werkt als dit gevraagd wordt of
wanneer ze bemonstert.
b
b
▪ a:
▪ b: UIT
▪ c: AAN
▪ d: Werking van de pomp
[4.5]
[F-0D]
▪ 1 Monstername: De pomp is AAN als
verwarming of koeling gevraagd wordt
wanneer de aanvoerwatertemperatuur
nog niet de gewenste temperatuur
bereikt heeft. Als er een thermo-UIT-
staat is, werkt de pomp om de
3  minuten om de watertemperatuur te
controleren en te kijken of er een
vraag naar verwarming of koeling
nodig is. Opmerking: Bemonstering is
ALLEEN
aanvoerwatertemperatuurregeling.
a
b
d
g
b
▪ a:
▪ b: UIT
▪ c: AAN
▪ d: AWT-temperatuur
▪ e: Huidige
▪ f: Gewenste
▪ g: Werking van de pomp
EPGA11~16DAV3 + EAVZ16S18+23DA6V+9W
Daikin Altherma – Lage-temperatuur-Split
4P556075-1 – 2019.02
Beschrijving
Opmerking:
De
continue
a
c
c
d
Regeling
van
ruimteverwarming/-koeling
beschikbaar
in
c
e
f
c
Regeling
van
ruimteverwarming/-koeling
#
Code
[4.5]
[F-0D]
Unit type
In dit deel van het menu kan u lezen welk type unit wordt gebruikt:
#
Code
[4.6]
[E‑02]
de
Pompbeperking
De pompsnelheidbeperking voor de primaire zone [9‑0E] en
secundaire zone [9‑0D] bepaalt de maximale pompsnelheid. In
normale omstandigheden zou de standaardinstelling NIET moeten
worden
gewijzigd.
genegeerd wanneer het debiet zich binnen het gebied van het
minimumdebiet bevindt (storing 7H).
#
Code
[4.7]
[9-0D]
de
de
8 Configuratie
Beschrijving
▪ 2 Vraag: De pomp werkt op verzoek.
Voorbeeld:
Door
kamerthermostaat en een thermostaat
te gebruiken, ontstaat een thermo
AAN/UIT-staat.
Opmerking:
beschikbaar
in
aanvoerwatertemperatuurregeling.
a
b
c
d
c
b
e
b
c
▪ a:
Regeling
ruimteverwarming/-koeling
▪ b: UIT
▪ c: AAN
▪ d : Vraag voor verwarming (door
externe
kamerthermostaat
kamerthermostaat)
▪ e: Werking van de pomp
Beschrijving
Unit type:
▪ 0
Omkeerbaar
(alleen
geplaatste EKHVCONV2)
▪ 1 Alleen verwarmen
De
pompsnelheidbeperking
Beschrijving
Pompbeperking Secundaire zone:
▪ 0: Geen begrenzing
▪ 1~4: Algemene beperking. Er is een
beperking in alle omstandigheden. De
vereiste delta  T regeling en comfort
worden NIET gegarandeerd.
▪ 5~8:
Beperking
wanneer
stelmotoren. Wanneer er niet wordt
verwarmd
is
pompsnelheidbeperking
toepassing.
Wanneer
verwarmd, wordt de pompsnelheid
alleen door de delta  T bepaald in
functie van de nodige capaciteit. Met
dit beperkingsbereik is delta T mogelijk
en wordt het comfort gegarandeerd.
Uitgebreide handleiding voor de installateur
een
NIET
de
van
de
of
met
een
kan
worden
geen
de
van
er
wordt
55

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave