8 Configuratie
#
Code
[2.6]
[1-06]
Stel de weersafhankelijke koeling in:
T t
[1-07]
[1-08]
[1-08]
[1-09]
[1-09]
▪ T
: Streeftemperatuur aanvoerwater
t
(primair zone)
▪ T
: Buitentemperatuur
a
▪ [1-06]:
buitenomgevingstemperatuur.
10°C~25°C
▪ [1-07]:
buitenomgevingstemperatuur.
25°C~43°C
▪ [1-08]:
aanvoerwatertemperatuur
buitentemperatuur gelijk is aan de lage
omgevingstemperatuur of eronder valt.
[9‑03]°C~[9‑02]°C
Let op: Deze waarde moet hoger zijn
dan
buitentemperaturen minder koud water
nodig is.
▪ [1-09]:
aanvoerwatertemperatuur
buitentemperatuur gelijk is aan de lage
omgevingstemperatuur of erover komt.
[9‑03]°C~[9-02]°C
Let op: Deze waarde moet lager zijn
dan
buitentemperaturen
nodig is.
Afgiftesysteem
Afhankelijk van het systeemwatervolume en het warmteafgevertype
van de primaire zone, kan het langer duren om de primaire zone te
verwarmen of af te koelen. Deze instelling kan een langzaam of een
snel verwarmings-/koelsysteem compenseren tijdens de verwarm/
afkoelcyclus (koeling alleen met een geplaatste EKHVCONV2).
De doel-delta T voor de primaire zone zal afhangen van deze
instelling. Doel-delta T-regeling is alleen mogelijk indien er slechts 1
zone actief is. De pompregeling zal anders zijn wanneer beide zones
actief zijn.
Bij regeling via een kamerthermostaat zal deze instelling invloed
hebben op:
▪ de
maximummodulatie
aanvoerwatertemperatuur.
▪ de mogelijkheid om op basis van de binnenomgevingstemperatuur
automatisch tussen koeling/verwarming om te schakelen (alleen
met een geplaatste EKHVCONV2).
Daarom is het belangrijk om dit correct en in overeenstemming met
uw systeemlayout in te stellen.
#
Code
[2.7]
[2‑0C]
Afgiftesysteem
▪ 0: Vloerverwarming
▪ 1: Ventilo-convector
▪ 2: Radiator
Uitgebreide handleiding voor de installateur
48
Beschrijving
[1-06]
[1-07]
T a
Lage
Hoge
Gewenste
als
de
[1‑09],
omdat
bij
lage
Gewenste
als
de
[1‑08],
omdat
bij
hoge
kouder
water
van
de
gewenste
Beschrijving
De instelling van het afgevertype heeft als volgt een invloed op het
instelpuntbereik van de ruimteverwarming en de doel-delta T bij
verwarming:
Hoofdzone
Instelpuntbereik
Afgiftesysteem
ruimteverwarming
[9‑01]~[9‑00]
0: Vloerverwarming
Maximum 55°C
1: Ventilo-convector
Maximum 55°C
2: Radiator
Maximum 60°C
OPMERKING
Het maximale instelpunt voor ruimteverwarming hangt af
van het type afgever zoals te zien is in bovenstaande
tabel. Als er 2 watertemperatuurzones zijn, is het maximale
instelpunt het hoogste van de 2 zones.
VOORZICHTIG
Als er 2 zones zijn, is het belangrijk dat de zone met de
laagste watertemperatuur geconfigureerd is als de primaire
zone en de zone met de hoogste watertemperatuur is
geconfigureerd als de secundaire zone. Het systeem niet
op deze manier configureren, kan schade aan de
warmteafgevers veroorzaken.
VOORZICHTIG
Als er 2 zones zijn en de afgevertypes onjuist zijn
geconfigureerd, kan er water met een hoge temperatuur
naar een afgever met lage temperatuur (vloerverwarming)
worden gestuurd. Om dit te vermijden doet u het volgende:
▪ Installeer een aquastat-/thermostaatklep om te hoge
temperaturen naar een lage temperatuur-afgever te
voorkomen.
▪ Zorg dat u de afgevertypes voor de primaire zone [2.7]
en voor de secundaire zone [3.7] correct instelt in
overeenstemming met de aangesloten afgever.
INFORMATIE
Afhankelijk van de doel-delta T zal de gemiddelde
afgiftetemperatuur
variëren.
gemiddelde afgiftetemperatuur door een hogere doel-delta
T tegen te gaan, kan het aanvoerwater-instelpunt (vast of
weersafhankelijk) worden aangepast.
Instelpuntbereik
U kunt het bereik van de aanvoerwatertemperatuur voor de primaire
aanvoerwatertemperatuurzone begrenzen. Deze instelling dient om
een verkeerde aanvoerwatertemperatuur (nl. te warm of te koud) te
voorkomen. Daarom kunnen de beschikbare bereiken voor de
gewenste verwarmingstemperaturen en gewenste koeltemperaturen
geconfigureerd worden.
OPMERKING
Bij een toepassing met vloerverwarming is het belangrijk
om
de
maximale
verwarmen te beperken volgens de specificaties van de
vloerverwarmingsinstallatie.
INFORMATIE
Enkel voor EAVZ: als de binnenunit is aangesloten op een
hogetemperatuur-afgiftesysteem en er is een gelijktijge
vraag in beide afgiftezones, en als het instelpunt van het
aanvoerwater hoger dan 60°C wordt ingesteld in het
volledige werkbereik, dan kan er een toename zijn van het
energieverbruik.
EPGA11~16DAV3 + EAVZ16S18+23DA6V+9W
Doel-delta T bij
verwarming [1‑0B]
Variabele (zie [2.B])
Variabele (zie [2.B])
Vast 8°C
Om
het
effect
op
uitlaatwatertemperatuur
bij
Daikin Altherma – Lage-temperatuur-Split
4P556075-1 – 2019.02
de
het