6 Persoonlijke instellingen
6.1
Persoonlijke instellingen wijzigen
▸ Houd bij uitgeschakeld toestel de toetsen
ingedrukt.
– Er klinkt een geluidssignaal.
▸ Tip de twee sliders links van het display 3 aan. Bij toestellen met slechts
één slider moet alleen de bestaande slider worden aangetipt.
– Er klinkt een geluidssignaal.
– In het display 3 staat de index van de persoonlijke instelling, bijv.
– In het display 2 wordt de actuele instelwaarde van de persoonlijke in-
stelling weergegeven.
1
2
▸ Met de toets
eerstvolgende lagere persoonlijke instelling geselecteerd.
▸ Selecteer door aantippen van de linker- of rechterzijde van de actieve slider
1 een hogere of lagere instelwaarde.
Invoer opslaan
▸ Houd de toets
– Er weerklinkt een geluidssignaal.
– De bedrijfsmodus «Persoonlijke instellingen» wordt beëindigd.
Persoonlijke instellingen voortijdig uitschakelen
▸ Op de toets
– Gewijzigde instelwaarden worden niet opgeslagen.
– De bedrijfsmodus «Persoonlijke instellingen» wordt beëindigd.
28
wordt de eerstvolgende hogere en met de toets
gedurende 2 seconden ingedrukt.
drukken.
en
tegelijk 3 seconden
3
.
de