1
7
6
5
Figuur 2
1. Grasgeleider
2. Veer
3. Borgpen, 3/4 inch
4. Ring, 1/2 inch
5. Rubberen huls
Belangrijk
De afvoertunnel moet onder veerspanning
omlaag worden gehouden. Til de afvoertunnel omhoog om
te controleren of deze volledig omlaag klapt.
Waarschuwing
Als een afvoeropening niet is afgesloten, kan de
maaimachine voorwerpen in de richting van de
bestuurder of omstanders werpen. Dit kan ernstig
lichamelijk letsel veroorzaken. Daarnaast kan men
ook in contact komen met het mes.
Verwijder de grasgeleider nooit van het maaidek
omdat daarmee het maaisel wordt afgevoerd
naar het gazon. Een beschadigde grasgeleider
moet direct worden vervangen.
Steek nooit handen of voeten onder het
maaidek.
Probeer nooit de afvoerzone of de maaibladen te
reinigen zonder de aftakas eerst uit te schakelen
en het contactsleuteltje op uit te draaien.
Verwijder verder het contactsleuteltje en trek de
bougiekabel van de bougies.
9
4
8
3
2
m–3141
6. Kunststofring
7. Borgmoer 3/8 inch
8. Korte uiteinde van veer
9. Kleine opening in
grasgeleider
Achterste verbindingen en
voorste bevestigingspunten
monteren
1. Plaats de achterste verbinding op de achterste beugel
van het maaidek en zet deze vast met een ring (1/2 inch)
en een borgpen (Fig. 3).
1
Figuur 3
1. Achterste verbinding
2. Beugel
2. Plaats de verstelbare verbindingen op de voorste
beugels van het maaidek en zet deze vast met ringen
(1/2 inch) en borgpennen (Fig. 4).
1
2
1
Figuur 4
1. Verstelbare verbinding
2. Voorste beugel van
maaidek
7
4
3
2
m-2438
3. Ring, 1/2 inch
4. Borgpen
3
4
3
4
2
m-2437
3. Ring, 1/2 inch
4. Borgpen