6.6
Boordcomputer gebruiken
VOORZICHTIG
!
Vallen door afleiding
Ongeconcentreerd rijden in het verkeer verhoogt
het risico van een ongeval. Dit kan leiden tot een
val met ernstig letsel.
Laat u nooit door de boordcomputer afleiden.
Stop de pedelec om bedieningen op de
boordcomputer uit te voeren die verder gaan
dan alleen het wijzigen van het
ondersteuningsniveau. Voer gegevens
uitsluitend in stilstand in.
Aanwijzing
Gebruik de boordcomputer niet als handgreep.
Wanneer de pedelec aan de boordcomputer
wordt opgetild, kan de boordcomputer
onherstelbaar beschadigen
Wanneer de pedelec meerdere weken niet
wordt gebruikt, moet de boordcomputer uit de
houder worden verwijderd. Bewaar de
boordcomputer in een droge omgeving bij
kamertemperatuur.
Wanneer de interne accu van de boordcomputer
een periode niet wordt gebruikt, treedt ontlading
op. Hierdoor kan de interne accu van de
boordcomputer onherstelbare schade oplopen.
Laad de interne accu van de boordcomputer
elke 3 maanden gedurende ten minste 1 uur
op.
MY22I01 - 16_1.0_19.08.2021
6.6.1
Boordcomputer monteren
Aanwijzing
Wanneer de berijder of berijdster afwezig is,
hebben onbevoegden toegang tot de
boordcomputer, bv. voor diefstal, wijziging van
systeeminstellingen of aflezen van reisinformatie.
Verwijder de boordcomputer bij het parkeren.
Het systeem wordt door het verwijderen van de
boordcomputer uitgeschakeld.
6.6.1.1 Boordcomputer verwijderen
Druk de vergrendeling van de boordcomputer
omlaag en schuif tegelijkertijd de
boordcomputer naar voren toe uit de houder.
6.6.1.2 Boordcomputer aanbrengen
1 Leg de boordcomputer op de houder.
2 Schuif de boordcomputer helemaal naar
achteren.
3
Afbeelding 81: Boordcomputer (2) over de vergrendeling
van de boordcomputer (1) volledig op de houder (3)
schuiven
Gebruik
2
1
88