5.3.4
Voorbouw en stuur controleren
5.3.4.1 Verbindingen controleren
1 Ga voor de pedelec staan. Klem het voorwiel
tussen uw benen. Pak de handvatten van het
stuur vast.
2 Probeer het stuur ten opzichte van het voorwiel
te verdraaien.
De voorbouw mag niet verschuiven of
verdraaien.
3 Controleer de bevestiging wanneer de
voorbouw wel kan worden verdraaid.
Neem contact op met de dealer wanneer de
voorbouw niet kan worden vastgezet.
5.3.4.2 Goede bevestiging controleren
1 Steun met uw volledige lichaamsgewicht op
het stuur.
Het stuur mag niet in de vork omlaag zakken.
Voorbouw met spanhendel uitvoering I
2 Als het stuur zakt moet de hendelspanning van
de spanhendel worden verhoogd.
3 Draai met geopende snelspanhendel de
kartelmoer rechtsom.
4 Sluit de spanhendel en controleer opnieuw op
een goede bevestiging.
5 Neem contact op met de dealer wanneer de
stuur niet kan worden vastgezet.
Voorbouw met spanhendel uitvoering II en
voorbouw met schroef
Neem contact op met de dealer wanneer de
stuur niet kan worden vastgezet.
MY22I01 - 16_1.0_19.08.2021
5.3.4.3 Lagerspeling controleren
1 Leg de vingers van één hand om de bovenste
stuurlagerschaal. Knijp met de andere hand de
voorwielrem in en probeer de pedelec naar
voren en achteren te duwen.
Houd er hierbij rekening mee, dat bij een
verende voorvork met schijfrem een merkbare
speling ook kan komen door uitgesleten
lagerbussen of speling in de remvoering.
De beide schaalhelften van het lager mogen
niet ten opzichte van elkaar verschuiven.
2 Stel zo snel mogelijk de lagerspeling af
conform het reparatiehandboek van de
voorbouw, omdat anders het lager wordt
beschadigd. Neem contact op met de dealer.
5.4
Verkoop van de pedelec
Vul de pedelecpas in op de omslag van de
gebruikshandleiding.
Noteer merk en nummer van de accusleutel.
Pas de pedelec aan aan de berijder of
berijdster, zie paragraaf 6.5.
Stel de standaard en de schakelhendel af.
Instrueer eigenaar, berijder of berijdster in alle
functies van de pedelec (zie paragraaf 6.3).
Montage
60