Elektrische aansluiting
5.3.1
Aansluiten van de voedingsspanning
LET OP
Verkeerde spanning kan het instrument onherstelbaar beschadigen
‣
Waarborg voor de bedrading van het instrument, dat de voedingsspanning overeenkomt
met de specificaties op de typeplaat.
‣
Voor de 90 ... 250 V
uitschakelaar en een overbelastingsbeveiliging (nominaal vermogen ≤ 10 A) worden
opgenomen in de voedingskabel dicht bij het instrument (goed bereikbaar).
4
Aansluiten van de voedingsspanning
Voedingsspanning (zie typeplaat):
• 90 ... 250 V
50/60 Hz, of
AC
• 20 ... 36 V
of 20 ... 28 V
DC
18
versie (voedingsaansluiting), moeten een schakelaar gemarkeerd als
AC
50/60 Hz
AC
RMC621, RMS621
A0032344
Endress+Hauser