11.2.3
Testmodi
Door het activeren van deze verschillende testmodi, kunt u de
speciale functies van het toestel inschakelen.
• Druk op de aan/uit-knop om het toestel uit te schakelen.
• Terwijl u de toets
gedurende meer dan 5 seconden
ingedrukt houdt, drukt u op de aan/uit-knop.
Het scherm geeft de eerste testmodus "P01" en "Off " weer.
• Druk op de toets
of
van de modus
kiezen die u wenst te starten.
• Test modus "P.01" :
- Druk op de Mode-toets
brander display. Op het scherm verschijnt "P01" en "0".
- Druk op de toets
of
van de modus
wijzigen van "0" (0%) naar "100" (100%).
- Druk 1 seconde op de Mode-toets
te gaan of druk gedurende meer dan 7 seconden op de Mode-
toets
om naar het parameterscherm te gaan
• Test modus "P.2" tot "P.07" :
- Druk op de Mode-toets
het scherm verschijnt "P0X" en "On".
- De testmodus zal automatisch na 15 minuten gestopt worden.
• Wanneer u klaar bent, druk op de Reset-toets
Aan/Uit om de testmodi te verlaten.
Code
Parameter
Beschrijving
Het toestel werkt op een vermogen dat
Forceren van
instelbaar van "0" (0% = Pmin.) tot
de brander op
"100" (100% = pmax.), door na een
P.01
geslaagde ontsteking gebruik te maken
instelbaar cv-
van de toetsen
vermogen
Forceren van
Het toestel werkt op het
de brander op
P.02
ontstekingsvermogen na een geslaagde
ontstekings-
ontsteking.
vermogen
Forceren van de
Het toestel werkt op het maximale
P.03
brander op Pmax.
verwarmingsvermogen na een
verwarming
geslaagde ontsteking.
De driewegklep staat in de middelste
Vullen van het
P.05
stand, de pomp en de brander stoppen
toestel
om het toestel te vullen.
De functie wordt gedurende 5 minuten
Ontluchten van de
in de cv-kring geactiveerd.
P.06
installatie
Vergewis u ervan dat de ontluchter open
staat.
De functie wordt gedurende 5 minuten
Ontluchten van het
in de korte kring geactiveerd.
P.07
toestel
Vergewis u ervan dat de ontluchter open
staat.
0020165495_01 - 02/13 - AWB
om de testmodus te
om de instelling te dwingen
om de waarde te
om uit het submenu
om de testmodus te starten. Op
of het toestel
of
van de modus
.
11.3
Controleren en herstarten
• Nadat het toestel is geïnstalleerd, controleert u de werking van
het toestel.
• Start het toestel om te controleren of de afstellingen correct zijn
en het toestel veilig werkt.
• Wis de historiek met de codes van de fouten die zich op
het toestel hebben voorgedaan. Zie daartoe hoofdstuk
"Regelingen bij de installatie" en gebruik de code "d.94".
12 Informatie voor de gebruiker
Na het voltooien van de installatie moet de installateur:
- de werking van het toestel en de veiligheidsvoorzieningen
uitleggen aan de gebruiker, en indien nodig een demonstratie
geven en vragen beantwoorden;
- de gebruiker alle nodige documentatie bezorgen;
- de documenten waar nodig invullen;
- de gebruiker inlichten over de voorzorgsmaatregelen die
noodzakelijk zijn om beschadiging van het systeem, het
toestel en het gebouw te voorkomen;
- de gebruiker eraan herinneren het toestel jaarlijks te laten
inspecteren en tweejaarlijks te laten onderhouden.
INSTALLATIE
NL
- 27 -