Samenvatting van Inhoud voor AWB THERMOMASTER C-XV 25-A
Pagina 1
Installatie- en onder- houdshandleiding THERMOMASTER THERMOMASTER C-XV 25 - A (L-NL) THERMOMASTER C-XV 30 - A (L-NL) THERMOMASTER C-XV 35 - A (L-NL)
1 Veiligheid – de installatie en montage conform de pro- Veiligheid duct- en systeemvergunning Waarschuwingen bij handelingen – het naleven van alle in de handleidingen Classificatie van de waarschuwingen bij vermelde inspectie- en onderhoudsvoor- handelingen waarden. De waarschuwingen bij handelingen zijn als Het gebruik volgens de voorschriften omvat volgt door waarschuwingstekens en signaal- bovendien de installatie conform de IP-code.
Pagina 5
Veiligheid 1 ▶ Waarschuw de huisbewoners door te roe- 1.3.7 Vergiftigingsgevaar door onvoldoende toevoer van pen of aan te kloppen. verbrandingslucht ▶ Verlaat onmiddellijk het gebouw en verhin- der het betreden door derden. Voorwaarde: Van omgevingslucht afhanke- ▶ Alarmeer politie en brandweer zodra u lijke werking buiten het gebouw bent.
1 Veiligheid ▶ Zorg ervoor, dat de verbrandingslucht niet Voorwaarde: Toegestane toestellen van via schoorstenen aangevoerd wordt, die het type B23P met sifonbeker (extern vroeger met oliegestookte CV-ketels ge- toebehoren) bruikt werden of met andere CV-toestellen, – Afsluitwaterhoogte: ≥ 200 mm die een ophoping van roet en teer in de schoorsteen kunnen veroorzaken.
Veiligheid 1 1.4.2 Risico op materiële schade door Voorschriften (richtlijnen, wetten, aangezogen verbrandingsgassen of normen) vuildeeltjes ▶ Neem de nationale voorschriften, normen, Als de monding van het VLT/VGA-systeem richtlijnen, verordeningen en wetten in aan een schoorsteen grenst, kunnen verbran- acht. dingsgassen of vuildeeltjes worden aange- zogen.
2 Aanwijzingen bij de documentatie Aanwijzingen bij de documentatie Gegevens op het type- Betekenis plaatje Aanvullend geldende documenten in acht Maximale waterdruk in het warm- nemen waterbedrijf ▶ V/Hz Elektrische aansluiting Neem absoluut alle bedienings- en installatiehandleidin- gen die bij de componenten van de installatie worden Max.
Montage 4 Functie-elementen Gaskeur NZ geeft aan dat het product in combinatie met de NZ-toebehorenkit als naverwarmer van een warmwaterberei- der met zonne-energie geschikt is. Gaskeur CW Gebruiksklasse 3 geeft aan dat het product: – voor de voorziening van een keukenaftappunt met min- stens 6 l/min bij 60 °C geschikt is, –...
Montage 4 Minimumafstanden Voorwaarde: Draagvermogen van de wand volstaat niet ▶ Zorg voor een ophanginrichting met voldoende draag- vermogen. Gebruik hiervoor bijv. een individuele staan- der of een muurbekleding. ▶ Als u geen ophanginrichting met voldoende draagvermo- gen kunt maken, hang het product dan niet op. Voorwaarde: Bevestigingsmateriaal is voor de muur niet toegestaan ▶...
5 Installatie Installatie Zijdeel demonteren/monteren 4.9.1 Zijdeel demonteren Installatie voorbereiden Opgelet! Gevaar! Risico op materiële schade door mechani- Verbrandingsgevaar en/of beschadigings- sche vervorming! gevaar door ondeskundige installatie en Als u beide zijdelen demonteert, kan het daardoor lekkend water! product mechanisch kromtrekken, wat tot Mechanische spanningen in de aansluitlei- schade aan bijv.
Installatie 5 – 5.1.1 Aanwijzingen en informatie bij de B23P Bevestig het buissysteem zodanig dat een scheiding van de verbindingspunten veilig wordt verhinderd. installatie Een aan te sluiten concentrisch VLT/VGA-systeem moet de Buislengtes B23P installatie (→ Pagina 33) volgende afmetingen hebben: De VGA moet minstens aan de classificatie T 120 P1 W 1 volgens EN 1443 voldoen.
5 Installatie ▶ Condensafvoerleiding aansluiten Voor elke aanvullende 90°-bocht moet 2,5 m afgetrokken worden van de max. buislengte. Voor elke aanvullende 45°- bocht moet 1 m afgetrokken worden van de max. buislengte. Gevaar! Vergiftigingsgevaar door lekkende rook- gassen! Condens dat in de rookgasleiding blijft staan, kan de dichtingen beschadigen.
Installatie 5 Product Fabrieksinstel- max. waarde Toebehoren Toevoer Afvoer ling Universele concentrische verticale 38 Pa THERMOMASTER C-XV 100 Pa 400 Pa dakdoorvoer 2 x 80 mm 25 -A (L-NL) Universele concentrische wand-/dak- 31 Pa THERMOMASTER C-XV 100 Pa 400 Pa doorvoer 2 x 80 mm 30 -A (L-NL) 1 meter rechte buis 80 mm...
Pagina 16
5 Installatie Drukverlies van de afzonderlijke Aan- Drukverlies Bijkomend beschikbare ventilatorresttransportdruk met toe- elementen in Pa per stuk resp. m tal/lengte in Pa rentalaanpassing bij THERMOMASTER C-XV 30 lengte bij THERMOMASTER C- Verhoging van Wijziging van de Wijziging van de XV 30 de resttrans- waarde van d.51...
Pagina 17
Installatie 5 Voorbeeld 1 d.51 met 960 verhoogd wordt. d.50 moet met 120 verhoogd worden. Drukverlies van de afzonderlijke Aan- Drukverlies Bijkomend beschikbare ventilatorresttransportdruk met elementen in Pa per stuk resp. m tal/lengte in Pa lengte bij THERMOMASTER C- toerentalaanpassing bij THERMOMASTER C-XV 30 XV 25 (→...
Pagina 18
/verbrandingsgasafvoersystemen voor overdrukbedrijf – Verbrandingslucht-/verbrandingsgasbuis van alumi- nium/RVS De AWB overdruk-verbrandingsluchttoevoer-/verbrandings- – Verbrandingslucht-/verbrandingsgasbuis van kunststof gasafvoersysteem is een toestelgebonden afvoersysteem, dat eveneens aan de Gastec-normen QA138 en QA163 Bij aansluiting op een gezamenlijke lucht-verbrandingsgas- moet voldoen.
Om informatie te krijgen over een van de standaard afwij- kende situatie (bijv. bij het gebruik van nog kleinere diame- ters of een verlenging in de verbrandingsgasafvoer) kunt u zich wenden tot AWB. Het adres vindt u aan de achterkant van dit document. 5.4.5.2 Verbrandingsluchttoevoer-...
6 Bediening Bediening Verloop van de 230V- kabels Gebruik van de diagnosecode 5.5.4 Bedrading uitvoeren U kunt de als instelbaar in de tabel van de diagnosecodes gemarkeerde parameters gebruiken om het product aan de installatie en de wensen van de klant aan te passen. Diagnosecodes - overzicht (→...
Ingebruikneming 7 Ingebruikneming Testprogramma's gebruiken Door verschillende controleprogramma's te activeren, kunt u Gastype controleren diverse speciale functies op het product activeren. Garandeer door het controleren van het gastype dat het pro- Testprogramma's – overzicht (→ Pagina 33) duct correct is ingesteld. Zo zorgt u voor een optimale ver- brandingskwaliteit.
7 Ingebruikneming ▶ Vul- en bijvulwater conditioneren Neem bij het gebruik absoluut de aanwijzingen van de ▶ fabrikant van het additief in acht. Neem voor de conditionering van het vul- en suppletie- water de geldende nationale voorschriften en technische Voor de verdraagzaamheid van additieven in het overige regels in acht.
Ingebruikneming 7 Product in gebruik nemen Condenswatersifon vullen ▶ Schakel het product via de door de klant geïnstalleerde hoofdschakelaar in. CV-installatie vullen en ontluchten Maak de kap van de ontluchtingsklep (1) aan de pomp en aan de snelontluchters los. Maak het onderste deel van de sifon (1) los uit het bo- Vul water bij tot de vereiste vuldruk bereikt is.
7 Ingebruikneming ▶ 7.9.1 Gasaansluitdruk controleren Voer geen instellingen aan het pro- (gasstroomdruk) duct uit. ▶ Neem het product niet in gebruik. Sluit de gaskraan. ▶ Als u de fout niet kunt verhelpen, breng dan de gas- maatschappij op de hoogte. ▶...
Aanpassing aan de CV-installatie 8 7.10.1 Controle van de CV-functie Diagnosecodes - overzicht (→ Pagina 34) Activeer het CV-functie aan de gebruikersinterface. Draai alle thermostaatkranen aan de radiatoren volledig 8.2.1 Pompdiagrammen open. THERMOMASTER C-XV 25: Laat het product minstens 15 minuten werken. Activeer de weergave van de actuele bedrijfstoestand.
9 Product aan gebruiker opleveren Overstroomklep instellen Voorwaarde: Waterhardheid: > 3,57 mol/m³ – Warmwatertemperatuur: ≤ 50 ℃ Opgelet! Kans op materiële schade door verkeerde instelling van de hoogefficiënte pomp Product aan gebruiker opleveren Als de druk aan de overstroomklep verhoogd ▶...
Inspectie en onderhoud 10 10.2 Reserveonderdelen aankopen 10.4 CO₂-gehalte instellen De originele componenten van het product werden in het ka- Voorwaarde: Instelling van het CO₂-gehalte vereist der van de conformiteitskeuring door de fabrikant meegecer- tificeerd. Als u bij het onderhoud of reparatie andere, niet gecertificeerde of niet toegestane delen gebruikt, dan kan dit ertoe leiden dat de conformiteit van het product vervalt en het product daarom niet meer aan de geldende normen vol-...
10 Inspectie en onderhoud 10.5 Gas-luchteenheid demonteren Aanwijzing De bouwgroep gas-luchteenheid bestaat uit drie hoofdcomponenten: – Ventilator – gasblok, – Branderkap Schakel het product via de hoofdschakelaar uit. Sluit de gasafsluitkraan. Demonteer de frontmantel. (→ Pagina 11) Verwijder de gas-luchtmodule (6). 10.
Inspectie en onderhoud 10 10.7 Brander controleren Aanwijzing Controleer of de vlotter aanwezig is in de Onderzoek het branderoppervlak op mogelijke bescha- sifonbeker. digingen. Als u schade vaststelt, vervang dan de bran- der. Monteer beide nieuwe branderdichtingen. Maak het onderste deel van de sifon (1) vast in het bo- venste deel van de sifon (2).
11 Verhelpen van storingen 10.12 Gas-luchteenheid inbouwen 11.3 Foutgeheugen wissen Bouw de brander in. Wis het foutgeheugen met de diagnosecode d.94. Monteer twee nieuwe branderafdichtingen in de bran- Stel de diagnosecode in. (→ Pagina 20) derkap. Diagnosecodes - overzicht (→ Pagina 34) Bouw de gas-luchteenheid in.
Verhelpen van storingen 11 Verwijder de gasbuis (1). 11. Verwijder de clip onder de condensbak (1). 12. Draai de vier schroeven los (2). Verwijder de temperatuursensor (3). Verwijder de bovenste clip (1). 13. Verwijder de ontstekingselektrode (1). Verwijder de onderste clip (4). 14.
Maak de clips op de printplaat los. Contactgegevens over ons serviceteam vindt u op het aan Verwijder de printplaat. de achterkant opgegeven adres of www.awb.nl. Monteer de nieuwe printplaat zodanig dat deze onder- aan in de groef en bovenaan in de clips vastklikt.
Bijlage Bijlage Buislengtes B23P installatie Aanwijzing De maximale buislengte (alleen rechte buis) komt overeen met de maximaal toegestane verbrandingsgasbuis- lengte zonder bochten. Als bochten gebruikt worden, dan moet de maximale buislengte conform de dynamische stromingseigenschappen van de bochtstukken verminderd worden. Bochtstukken mogen niet direct op elkaar vol- gen omdat het drukverlies op deze manier enorm verhoogd wordt.
Bijlage Diagnosecodes - overzicht Aanwijzing Omdat de codetabel voor verschillende producten wordt gebruikt, zijn sommige codes bij het betreffende product mogelijk niet zichtbaar. Waarden Diagnose- Een- Fabrieksin- Eigen in- Parameter Stappengrootte, selectie, uitleg code heid stelling stelling min. max. – –...
Pagina 35
Bijlage Waarden Diagnose- Een- Fabrieksin- Eigen in- Parameter Stappengrootte, selectie, uitleg code heid stelling stelling min. max. – d.18 Naloopmodus van de 1 = doorlopend (pomp loopt per- Instelbaar pomp manent) 3 = Eco (intermitterende pomp- modus - voor het afvoeren van de restwarmte na de warmwater- bereiding bij zeer geringe warm- tevraag)
Pagina 36
Bijlage Waarden Diagnose- Een- Fabrieksin- Eigen in- Parameter Stappengrootte, selectie, uitleg code heid stelling stelling min. max. – – d.35 Stand van de drieweg- Actuele waarde 0 = verwarming niet verstel- klep baar 40 = middelste stand (parallel bedrijf) 100 = warm water –...
Bijlage Statuscode Betekenis S.14 Warmwaterbedrijf: brander aan S.15 Warmwaterfunctie: pomp-/ventilatornaloop S.16 Warmwaterfunctie: ventilatornaloop S.17 Warmwaterfunctie: pompnaloop Weergave in de comfortmodus met warme start of warmwaterfunctie met boiler S.20 Warmwaterbedrijf: vraag S.21 Warmwaterfunctie: ventilatoraanvoer S.22 Warmwaterfunctie: pompvoorloop S.23 Warmwaterbedrijf: ontsteking van de brander S.24 Warmwaterbedrijf: brander aan S.25...
Pagina 39
Bijlage Foutcode Betekenis Mogelijke oorzaak F.20 Veiligheidsuitschakeling: oververhittings- Massaverbinding kabelboom naar het product niet correct, aanvoer- of re- temperatuur bereikt tour-NTC defect (loszittend contact), zwarte ontlading via ontstekingskabel, ontstekingsstekker of ontstekingselektrode F.22 Veiligheidsuitschakeling: watergebrek in Geen of te weinig water in het product, waterdrukvoeler defect, kabel naar de CV-ketel de pomp of naar waterdrukvoeler los/niet aangesloten/defect F.23...
Bijlage Foutcode Betekenis Mogelijke oorzaak F.84 Fout: aanvoer-/retourtemperatuurvoeler Waarden kloppen niet, verschil < -6 K Aanvoer- en retourtemperatuursensor melden niet-plausibele waarden: aan- voer- en retourtemperatuursensor zijn verwisseld, aanvoer- en retourtempe- ratuursensor zijn niet correct gemonteerd F.85 Fout: temperatuurvoeler Aanvoer- en/of retourtemperatuurvoeler zijn op dezelfde/foute buis gemon- teerd Temperatuurvoeler niet of niet goed aangesloten F.86...
Bijlage Inspectie- en onderhoudswerkzaamheden – overzicht De volgende tabel geeft de vereisten van de fabrikant i.v.m. minimale inspectie- en onderhoudsintervallen weer. Als natio- nale voorschriften en richtlijnen kortere inspectie- en onderhoudsintervallen vereisen, neem dan in de plaats daarvan deze intervallen in acht. Onderhoud (moet met Inspectie...
15,1 Pa. 18,3 Pa. Drukverlies per opzetstuk Open buis 20,1 Open buis 12,7 23,6 48,9 Minimale diameter van de gemeenschappelijke VLT/VGA-leidingen Diameter AWB overdruk-verbrandingslucht-/verbrandingsgasbuis met CW3 Aantal CV-toestellen concentrisch parallel Gemeenschappe- lijke VLT/VGA- leiding met individuele luchtleidingen naar buiten ⌀ verbrandings- ⌀...
Pagina 49
Bijlage Technische gegevens – algemeen THERMOMASTER THERMOMASTER THERMOMASTER C-XV 25 -A (L-NL) C-XV 30 -A (L-NL) C-XV 35 -A (L-NL) Gascategorie Diameter van de gasleiding 1/2 inch 1/2 inch 1/2 inch Diameter verwarmingsaansluitin- 3/4 inch 3/4 inch 3/4 inch Condensafvoerleiding (min.) 21,5 mm 21,5 mm 21,5 mm...