Beheerinstellingen
-DoD5220.28-M: selecteer deze optie om het geheugen 3 keer te
overschrijven. Wanneer het geheugen 3 keer wordt overschreven,
worden de patronen 0x35, 0xCA en 0x97 gebruikt om de inhoud van
de schijf te overschrijven. Deze methode van het overschrijven van
de schijf is vastgelegd door US DoD.
-Australië: ACSI 33: selecteer deze optie om het geheugen 5 keer te
overschrijven. Wanneer het geheugen 5 keer wordt overschreven,
wordt het teken "C" en respectievelijke aanvulling alternatief
gebruikt om de schijf te overschrijven. Na de 2e keer is er een
verplichte validatie. Voor de 5e keer worden willekeurige gegevens
gebruikt.
-DoD 5220.29M (ECE): selecteer deze optie om het geheugen 3 keer
te overschrijven. Wanneer het geheugen 3 keer wordt
overschreven, worden de patronen 0x35, 0xCA en 0x97 gebruikt
om de inhoud van de schijf te overschrijven. Deze methode van het
overschrijven van de schijf is vastgelegd door US DoD.
-Aangepast overschrijven: selecteer deze optie om het aantal keren
in te voeren dat het geheugen zal worden overschreven. De harde
schijf wordt net zo vaak overschreven als het aantal keren dat u
selecteert.
Verificatie
Met deze functie kunt u de verificatiemethode selecteren voor de
gebruikersverificatie.
U kunt deze functie ook gebruiken via de SyncThru™ Web Service.
Open de webbrowser vanaf uw netwerkcomputer en typ het IP-adres
van uw apparaat. Als SyncThru™ Web Service wordt geopend, klikt u
op het tabblad Security > User Access Control (zie "Verificatie" op
pagina 315).
•
Modus: Selecteer de verificatiemodus.
-Basisverificatie: basisverificatie activeren. Wanneer gebruikers
opties selecteren die alleen voor beheerders bedoeld zijn, worden
zij verzocht om zich aan te melden. Dergelijke optie worden in deze
handleiding aangegeven met "a" of "(alleen beheerders)".
-Apparaatverificatie: verificatie van apparaten activeren. De verificatie
van het apparaat verzoekt een gebruiker om zich aan te melden
voor hij het apparaat kan gebruiken. Gebruikers kunnen zonder zich
aan te melden geen toepassingen gebruiken.
-Toepassingsverificatie: hiermee kunt u verificatie van toepassingen
activeren. Een beheerder kan bepalen welke toepassing(en) de
aanmelding van de gebruiker vereisen. Gebruikers kunnen de
geselecteerde toepassing(en) niet gebruiken wanneer ze niet zijn
aangemeld. Druk op Toepassingsmodus om verificatie in te
schakelen.
•
Methode
-Lokale verificatie: Het verificatieproces wordt uitgevoerd op basis van
de gebruikersgegevens die op het apparaat zijn opgeslagen (HDD).
▪Aanmeldingsscherm LUI: Biedt standaard Pre-Installed-For-LUI.
2. Geavanceerde functies in het menu Instellingen
315