d) Gebruik
• Als pompvloeistof mag alleen helder, schoon zoet water worden gebruikt waarvan de temperatuur
maximaal +35 °C is.
• De pompvloeistof moet zuiver zijn. Door het bouwtype van de pomp is vervuiling slechts tot een
korrelgrootte van 1 mm toegestaan.
• Het product is niet geschikt voor het oppompen van drinkwater of het bewerken van levensmiddelen.
• Het product is niet geschikt voor het pompen van corrosieve/etsende, brandbare of explosieve
vloeistoffen (bijv. benzine, stookolie, thinner), vetten, oliën, afvalwater, zout water of rioolwater uit
sanitaire voorzieningen.
• Er kan verontreiniging van de opgepompte vloeistof optreden, die wordt veroorzaakt door lekkage in de
pomp van smeermiddelen.
• Het stopcontact waarop de dompelpomp wordt aangesloten moet gemakkelijk toegankelijk zijn. Het
elektrische snoer moet uit het stopcontact naar beneden hangen zodat via het snoer teruglopend water
niet in het stopcontact binnen kan dringen.
• Als de dompelpomp bijv. in een schacht van een put moet worden gebruikt, dan is een geschikte
bevestiging noodzakelijk, bijv. een kabel. De kabel moet om veiligheidsredenen tenminste het
drievoudige gewicht van de dompelpomp kunnen houden. Bevestig de dompelpomp nooit via het
netsnoer van de dompelpomp, gebruik het netsnoer ook nooit om te dragen, vast te houden of onder te
dompelen van de dompelpomp!
• Het product is niet beschermd tegen drooglopen.
• Het product mag niet zonder toezicht gebruikt worden.
• Het product mag niet continu worden gebruikt.
• Er mogen zich tijdens het bedrijf geen personen in het pompmedium bevinden.
• Het product mag niet in of in de buurt van explosieven, vloeistoffen of gassen worden gebruikt; er bestaat
explosiegevaar!
• Vervolgschade die door verkeerd functioneren van of storing aan de diepe bronpomp kan optreden, moet
door geschikte maatregelen worden voorkomen (bijv. waterniveaudetector, sensoren, alarmapparatuur,
reservepomp e.d.).
• Gebruik het product alleen in een gematigd en niet in een tropisch klimaat.
• Sluit de afvoerkant van de pomp niet af als deze in gebruik is.
Gebruik bijv. een geschikte drukschakelaar die de stroomvoorziening van de dompelpomp op tijd
uitschakelt .
De dompelpomp mag hoogstens 5 minuten tegen de gesloten drukzijde werken om beschadigingen te
voorkomen. Reeds tijdens die 5 minuten warmt het in de dompelpomp aanwezige water zich op. Wordt
de drukzijde geopend, dan stroomt heet water uit, gevaar voor verbrandingen en verwondingen!
• Plaats het product met de aanzuigopeningen niet rechtstreeks in een modderige, zanderige of
steenhoudende bodem bijv. van een tuinvijver. Gebruik bijvoorbeeld een stenen plaat als ondergrond.
Anders kunnen de aanzuigopeningen al na korte tijd volledig of gedeeltelijk geblokkeerd raken!
Bovendien leiden zand, steentjes of andere harde voorwerpen in de pompvloeistof tot verhoogde slijtage
en tot verminderde prestaties van de pomp.
7