5 Gebruik en bediening
5.1
Voorzorgsmaatregelen
WAARSCHUWING
Zorg ervoor dat de afgevoerde vloeistof geen schade aan personen of voorwerpen kan
veroorzaken.
WAARSCHUWING: Elektrisch gevaar
Controleer of de unit goed aangesloten is op de netvoeding.
WAARSCHUWING: Gevaar i.v.m. hete oppervlakken
Het motorhuis kan erg heet zijn. Verbrandingsgevaar. Niet aanraken.
OPMERKING:
Droog draaien van de unit is verboden, aangezien de lagers hierdoor binnen zeer korte tijd
vernield kunnen worden.
OPMERKING:
Het is verboden om de unit te bedienen wanneer de afsluitklep gesloten is.
5.2
Vóór het opstarten
Controleer altijd voordat u de pomp start of:
• De instructies in de paragraaf Installatie op pag. 14 uitgevoerd zijn.
• De installatie grondig doorgespoeld is om te voorkomen dat de pomp door vreemde
• De installatie gevuld en ontlucht is (zie de paragraaf Ontluchting op pag. 22).
5.3
Eerste ingebruikname
1. Steek de stekker in het stopcontact.
• Bij modellen zonder potentiometerknop begint de pomp onmiddellijk te werken.
• Bij modellen met een potentiometerknop blijft de unit inactief (stand-by modus) of begint te
Afbeelding 9
2. Controleer als de unit in werking is of:
• Er geen vloeistof lekt uit de leidingen.
• Er geen ongewenst lawaai of trillingen zijn.
• De vloeistof inderdaad verpompt wordt.
ecocirc PRO – Handleiding voor installatie, bediening en onderhoud
voorwerpen en onzuiverheden geblokkeerd wordt.
werken afhankelijk van de positie van de knop (zie afbeelding 9 voor de verschillende
schaalinverdelingen).
nl - Vertaling van de oorspronkelijke gebruiksaanwijzing
21