Na het reinigen
Plaats alle onderdelen terug in het
koelapparaat.
Schakel, indien nodig, het koelappa-
raat weer in.
Als u de reinigingsmodus van de
koelzone heeft geactiveerd:
raak in het startscreen aan.
Raak opnieuw aan.
Als de reinigingsfunctie uitgeschakeld
is, brandt het symbool wit.
De koelzone begint weer te koelen.
Schakel de functie SuperFrost een
tijdje in, zodat de diepvrieszone snel
weer koud wordt.
Schakel de functie SuperKoelen
een tijdje in, zodat de koelzone snel
weer koud wordt.
Leg de levensmiddelen in de koelzo-
ne.
Leg de diepvriesproducten terug in
de diepvriesladen en schuif deze
weer in de diepvrieszone, zodra de
temperatuur in deze zone laag ge-
noeg is.
Schakel de functie SuperFrost
weer uit zodra de diepvrieszone een
constante temperatuur van -18 °C of
lager heeft bereikt.
Sluit de deuren van het apparaat.
Reiniging en onderhoud
87