Installatie
4.2.9
Uitgang «MM» en ingang «E1» voor configuratie 16
► Ingang «MM» voor 3WUV + V
Na selectie van configuratie 16 is de permanente fase aan ingang
«MM» klem «Z» voor beide 3WUV + V actief. Met klem «A» aan
ingang «MM» worden 3WUV + V in de koelbedrijf aangestuurd.
Beide 3WUV + V moeten ter plekke via een verdeler worden
bedraad. Vanaf de verdeler wordt dan met klem aan de ingang
«MM» verbonden.
► Ingang «E1» voor opslagvoeler
Als geen opslagcircuit aanwezig is, dan moet aan ingang «E1» een
weerstand worden aangesloten. Deze wordt met de montageset
van KM-2 V2 meegeleverd (metaalfilmweerstand 1 kΩ / ¼ watt / 1%
tolerantie). De programmakeuzeschakelaar voor dit opslagcircuit op
"stand‑by" zetten.
4.2.10
Leidingsdoorsneden / leidingslengten voor flexibele leidingen
Aansluiting cascademodule
Netaansluiting
Pompen, max.-thermostaat,
elektr. ventiel
Mengklepmotor
Sensor
eBUS
De vermelde kabeldoorsneden zijn minimale doorsneden zonder
1)
rekening te houden met de kabellengte en de plaatselijke
omstandigheden.
8909196_202202
Leidingsdoorsnede
3x1,0 mm²
1)
3x0,75 mm²
1)
4x0,75 mm²
1)
2x0,5 mm² / 2x0,75 mm²
2x0,5 mm²
max. leidingslengte
‑‑‑
‑‑‑
‑‑‑
15 m / 50 m
75 m
WOLF GmbH | 17