EB100 - Master
AA3-X4
A
15
B
14
GND
13
EB101 - Slave 1
AA3-X4
A
15
B
14
GND
13
A
B
GND
EB102 - Slave 2
AA3-X4
A
15
B
14
GND
13
A
B
GND
NIBE F1145
AA3-X4
AA3-X4
AA3-X4
LAADMONITOR
Geïntegreerde vermogensregeling
F1145 is voorzien van een eenvoudige vorm van een
geïntegreerde vermogensregeling, die de vermogentrap-
pen voor de elektrische bijverwarming beperkt door te
berekenen of toekomstige vermogentrappen kunnen
worden aangesloten op de relevante fase zonder dat de
gespecificeerde hoofdzekering wordt overschreden. In-
dien de stroom de gespecificeerde hoofdzekering mocht
overschrijden, is de vermogenstrap niet toegestaan. De
grootte van de hoofdzekering van het gebouw is gespe-
cificeerd in menu 5.1.12.
Vermogensregeling met stroomsensor
Als er in het gebouw veel stroomverbruikende producten
zijn ingeschakeld terwijl de elektrische bijverwarming in
bedrijf is, bestaat het risico dat de hoofdzekering van
het gebouw doorslaat. F1145 is voorzien van een vermo-
gensregeling die, met behulp van een stroomsensor,
de elektrische stappen regelt voor de elektrische bijver-
warming door een herverdeling van de stroom tussen
de verschillende fasen of door de elektrische bijverwar-
ming uit te schakelen bij een overbelasting in een fase.
Er wordt weer ingeschakeld als het overige stroomver-
bruik afneemt.
LET OP!
Activeer voor een volledige functie fasedetectie
in menu 5.1.12, indien er stroomsensoren zijn
geïnstalleerd.
Aansluiten van stroomsensoren
Om de stroom te meten, moet een stroomsensor wor-
den gemonteerd op iedere ingaande faseleiding in de
verdeelkast. De verdeelkast is een prima plek voor de
installatie.
Sluit de stroomsensoren aan op een meeraderige kabel
in een behuizing direct naast de elektrische verdeelkast.
De meeraderige kabel tussen de behuizing en de F1145
moet een kabeldikte van minimaal 0,5 mm² hebben.
Hoofdstuk 5 | Elektrische aansluitingen
29