TIG-functietoorts, Retox XQ
Functie
Lasstroom Aan / Uit
Daalstroom
Daalstroom
Lasstroom verhogen (up/down-snelheid)
Lasstroom verminderen (up/down-snelheid)
Lasstroom Aan / Uit
Daalstroom
Daalstroom
Lasstroom in stappen verhogen (stroomsprong)
Lasstroom in stappen verminderen (stroomsprong)
5.2.7.2
Tiptoetsfunctie (toortsknop kort indrukken)
Tiptoetsfunctie: druk kort op de toortsknop om een functiewijziging uit te voeren. De ingestelde lastoorts-
modus bepaalt de werkwijze.
De tiptoets-functie kan voor de lasstart, via parameter
derlijk voor iedere brandermodus gekozen worden. Bij een geactiveerd parameter
pen naar de daalstroom.
5.2.7.3
Up/down-snelheid:
Werking
Up-toets indrukken en ingedrukt houden:
stroomverhoging tot het bereiken van de op de stroombron ingestelde maximumwaarde (hoofdstroom).
Down-toets indrukken en ingedrukt houden:
stroomverlaging tot het bereiken van de minimumwaarde.
De instelling van de parameter Up-/Down-snelheid
menu > zie hoofdstuk 5.7 uitgevoerd en de snelheid wordt door een stroomwijziging uitgevoerd.
5.2.7.4
Stroomsprong
Door het kort indrukken van de desbetreffende toortsknop kan een sprongbreedte van de lasstroom wor-
den ingesteld. Door opnieuw op de toortsknop te drukken springt de lasstroom omhoog of omlaag naar
de ingestelde waarde.
De instelling van parameter stroomsprong
erd > zie hoofdstuk 5.7.
5.2.8
Voetafstandsbediening RTF 1
De afstandsbediening dient voor de traploze instelling van de lasstroom (0 % tot 100 %) en is afhankelijk
van de vooraf geselecteerde hoofdstroom
Overige individuele parameterinstellingen beïnvloeden het gedrag van de afstandsbediening:
•
Omschakeling tussen lineair en logaritmisch activeringsgedrag
•
Startprogramma
•
Start-/stopmodus
afstandsbediening.
099-002068-EW505
26.7.2023
Afbeelding 5-29
wordt in het apparaatconfiguratiemenu uitgevo-
op het lasapparaat.
voor de optimalisatie van de vlamboogstabiliteit.
voor het starten en beëindigen van het lasproces zonder stroominstelling via de
Opbouw en functie
Bediening
BRT 1
BRT 2
UP
DOWN
BRT 1
BRT 2
UP
DOWN
en voor het laseinde, via parameter
wordt in het apparaatconfiguratie-
.
TIG-lassen
Modus
1
4
afzon-
vervalt het aantip-
41