4.2.1 Rookgasaansluiting Flair IGX.
De verbinding met het afvoersysteem voor de verbrandingsgassen moet overeenkomstig de eisen van
dit installatievoorschrift worden uitgevoerd; alleen dan geldt het verkregen CE-keurmerk.
Het rookgasafvoerkanaal moet door middel van het meegeleverde aansluitstuk zonder klep op
de rookgasaansluiting van het toestel worden aangesloten (zie figuur 9).
Als materiaal wordt geadviseerd Brink gasdicht dunwandige rookgasafvoer.
Indien de verbrandingsluchttoevoer en de rookgasafvoer door het dakvlak geschiedt, dienen de speciaal
ontworpen combipijpen (zie figuur 11 en 12, blz. 10) als dakdoorvoer te worden gemonteerd.
Indien de verbrandingsluchttoevoer en de rookgasafvoer door de gevel geschiedt, dienen de speciaal
ontworpen gecombineerde geveldoorvoeren te worden gemonteerd. (zie figuur 13 en 14, blz. 11).
Bij de B-80 IGX en de B-92 IGX moeten twee aparte doorvoeren te worden gemonteerd.
Deze mogen niet worden gekoppeld.
De diameter van de rookgasaansluiting bedraagt 80 mm.
Voor de aanleg van de rookgasafvoer zie NEN 1078 (GAVO).
De maximale lengte en diameter van het rookgasafvoerkanaal kan worden gekozen volgens de tabel
blz. 12. Bij een rookgasafvoer door de gevel volgens bovengenoemde tabel mag deze met afschot naar
buiten worden gemonteerd.
4.2.2. Verbrandingsluchttoevoeraansluiting Flair IGX.
De verbinding van het verbrandingsluchttoevoermateriaal moet volgens de eisen van dit
installatievoorschrift geschieden.
Het verbrandingsluchttoevoerkanaal moet door middel van het meegeleverde aansluitstuk met
klep op de verbrandingsluchttoevoer van het toestel worden aangesloten (zie figuur 9).
Voor het verbrandingsluchttoevoerkanaal wordt de Brink gasdichte dunwandige aluminium pijp
geadviseerd.
Ander materiaal is ook toegestaan, mits geen chloorhoudende kunststoffen.
De diameter van de verbrandingsluchtaansluiting bedraagt 80 mm.
Voor de aanleg van deze verbrandingsluchttoevoerleiding zie NEN 1078 (GAVO)
De maximale lengte en diameter van de luchttoevoerleiding wordt gekozen volgens de betreffende tabel
en figuur op blz. 12. Dit verbrandingsluchttoevoerkanaal kan aangesloten worden op de dakdoorvoer,
maar ook een gevelaansluiting is mogelijk.
Bij de B-80 IGX en de B-92 IGX moeten twee aparte doorvoeren te worden gemonteerd.
Deze mogen niet worden gekoppeld.
Opmerking:Indien men een afwijkende situatie heeft t.o.v. de in dit installatievoorschrift beschreven
4. Installeren
omstandigheden wordt geadviseerd om contact op te nemen met de fabrikant
voor de juiste afvoer- c.q. toevoerlengten.
Installatievoorschriften Flair IGX
januari 2005
-8-