De juiste temperatuur
Binnen het aangegeven temperatuur-
bereik kan een iets lagere tempera-
tuur worden ingesteld.
Zie voorbeeld hieronder.
Tussen de 5 en 7°C moet een iets lage-
re temperatuur worden ingesteld.
^ Druk zo vaak op de temperatuur-
toets, totdat in de temperatuuraan-
duiding 5°C verschijnt.
^ Druk nog eens ca. 5 seconden op de
temperatuurtoets om een lagere tem-
peratuur in te stellen.
De lagere temperatuur wordt overgeno-
men, maar dat is in de temperatuuraan-
duiding niet zichtbaar.
16
Temperatuuraanduiding
De temperatuuraanduiding op het
bedieningspaneel geeft altijd de ge-
wenste temperatuur aan.
De temperatuur is instelbaar van 1°C
tot en met 9°C.