-
Voordat werkzaamheden bij een lage temperatuur begonnen worden, moet de machi-
ne een paar minuten lopen, zodat de hydraulische olie circuleert en een temperatuur
van tenminste 20°C bereikt wordt.
-
Voordat de werkzaamheden begonnen worden, en wanneer in de cabine plaatsgenomen
wordt, moeten de veiligheidsgordels onmiddellijk op de juiste punten aangegespt wor-
den. De veiligheidsgordels moeten JAARLIJKS gecontroleerd en GOEDGEKEURD wor-
den.
-
Wanneer de stabilisatiedruk op de grond de toegestane waarde overschrijdt, moet het
sta-oppervlak vergroot worden door de twee daarvoor bestemde platen te gebruiken, of
door een stabiele ondergrond ( bijv. hout) tussen de grond en de plaat van de stabilisa-
torpoot te plaatsen.
2.9.1 CONTROLES DIE DE WERKZAAMHEDEN VOORAFGAAN
Voer onderstaande controles dagelijks uit, voordat met de werkzaamheden begonnen wordt:
-
Controleer of er geen olie uit het hydraulische systeem lekt. Is dat wel het geval, dan
voert u de nodige reparaties uit en brengt u de hydraulische olie weer op peil (zie de
paragraaf over het onderhoud). Maak de zone met een oplosmiddel of reinigingsmiddel
en met onder druk staand water schoon.
-
Controleer of er geen begin van roest geconstateerd wordt en er geen scheuren in de
nabijheid van de lasnaden ontstaan zijn.
-
Controleer of de rubber rupsbanden intact en correct gespannen zijn (zie de paragraaf
over het onderhoud).
-
Controleer of er geen beschadigde of kapotte onderdelen zijn of dat er onderdelen mis-
sen. Controleer of de blokkeerschroeven van de pennen en van de moeren, of van de vei-
ligheidsringen, goed gespannen zijn. Vervang ze, span ze en stel ze in aan de hand van
de instructies van de fabrikant van het platform, voordat de machine gebruikt wordt.
-
Verwijder afval dat brand of het kapotgaan van de machine zou kunnen veroorzaken en
let daarbij vooral op de besturing van de machine en op de zone rond de benzine-/die-
selmotor.
-
Verwijder olieresten van alle handvaten, treeplanken en bedieningshendels, die de veili-
gheid van de uit te voeren handelingen, alsmede die van de operator zelf, in gevaar zou-
den kunnen brengen. Controleer de intacte staat van de controlelampjes van de elektri-
sche bedieningsorganen van het elektrische bedieningspaneel op de cabine.
-
Controleer of de stickers, die op de machine aangebracht zijn, goed leesbaar zijn.
-
Controleer of er voldoende diesel/benzine in de tank zit om een onnodige stilstand, met
een nooddaling als gevolg, te vermijden.
-
Controleer of alle veiligheidsvoorzieningen functioneren.
GEMECHANISEERDE HOOGWERKER LIGHTLIFT
HINOWA
47