nl Voor het eerste gebruik
7 Voor het eerste gebruik
Houd de volgende adviezen aan.
7.1 Apparaat voorbereiden
Voor een correcte werking moet u de componenten in
deze volgorde plaatsen:
De filters plaatsen.
1.
Het metalen vetfilter plaatsen.
2.
Opmerking: Het apparaat nooit zonder metalen vetfilter
en overloopreservoir gebruiken.
8 De Bediening in essentie
8.1 Kookplaat inschakelen
aanraken.
▶
Er klinkt een signaal en de indicatie naast
a De kookplaat is klaar voor gebruik.
ReStart
Wanneer u het apparaat binnen 4 seconden na het
▶
uitschakelen weer inschakelt, treedt de kookplaat in
werking met de vorige instellingen.
8.2 De kookplaat uitschakelen
aanraken tot de indicaties doven.
▶
a Alle kookzones zijn uitgeschakeld.
Opmerking: Wanneer alle kookzones langer dan
20 seconden uitgeschakeld zijn, dan schakelt de kook-
plaat uit.
8.3 De vermogensstand in de kookzones
instellen
De kookzone heeft 17 vermogensstanden, die van tot
met tussenwaarden worden weergegeven. Voor het
product en het geplande bereidingsproces de meest
geschikte vermogensstand kiezen.
Om de kookzone te kiezen op
1.
a Op het display brandt en daaronder het symbool
.
8.4 Kooktips
¡ Wanneer u puree, romige soepen of dikvloeibare
sauzen opwarmt, deze af en toe omroeren.
¡ Om voor te verwarmen, kookstand 8-9 instellen.
¡ Wanneer u bereidt met deksel, de kookstand verla-
gen zodra er stoom vrijkomt. Het bereidingsresultaat
wordt door het vrijkomen van stoom niet beïnvloed.
¡ Doe na het bereiden een deksel op het kookgerei,
totdat u het gerecht serveert.
¡ Houd voor het bereiden met de snelkookpan de
aanwijzingen van de fabrikant aan.
¡ Levensmiddelen niet te lang bereiden, voor het be-
houd van de voedingswaarde. Met de kookwekker
kunt u de optimale bereidingstijd instellen.
¡ Zorg ervoor dat de olie niet rookt.
10
brandt.
tippen.
7.2 Functie instellen
Het apparaat wordt geleverd met vooringestelde circu-
latiefunctie.
Wanneer uw kookplaat met luchtafvoer naar buiten is
geïnstalleerd, moet u de instelling op deze modus
configureren. Meer informatie kunt u vinden in hoofd-
stuk
→ "Basisinstellingen", Pagina 16
Kies in het instelbereik de gewenste kookstand.
2.
a De vermogensstand is ingesteld.
Opmerking: Wanneer er geen kookgerei op de kook-
plaat staat, of de pan niet geschikt is, dan knippert de
gekozen vermogensstand. Na een bepaalde tijd wordt
de kookzone uitgeschakeld.
QuickStart
Wanneer u vóór het inschakelen kookgerei op de
▶
kookplaat plaatst, dan wordt dit bij het inschakelen
herkend en wordt de betreffende kookzone automa-
tisch gekozen. Vervolgens in de volgende 20 secon-
den de vermogensstand kiezen, anders schakelt de
kookplaat zelf uit.
Vermogensstand wijzigen of kookzone
uitschakelen
De kookzone kiezen.
1.
Kies in het instelbereik de gewenste kookstand of
2.
op instellen.
a De kookstand van de kookzone wijzigt of de kook-
zone schakelt uit en de restwarmte-indicatie ver-
schijnt.
¡ Om de levensmiddelen te bruinen, deze na elkaar
en in kleine porties aanbraden.
¡ Sommige pannen kunnen bij het bereiden hoge
temperaturen bereiken. Gebruik daarom pannenlap-
pen.
¡ Advies voor energiezuinig koken kunt u vinden on-
der
→ "Energie besparen", Pagina 6
Kookadviezen
De tabel geeft aan welke vermogensstand (
welk levensmiddel geschikt is. De bereidingstijd
(
) kan variëren afhankelijk van de soort, het ge-
wicht, de dikte en de kwaliteit van de levensmiddelen.
) voor