Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Niet-Rechtstreekse Aansluiting Op Geveldoorvoer; Toepassing Met Dakdoorvoer; Opbouw Concentrische Systeem Met Dakdoorvoer - Dru Solo Installatiehandleiding

Verberg thumbnails Zie ook voor Solo:
Inhoudsopgave

Advertenties

-
S O L O
I N S TA L L AT I E H A N D L E I D I N G
Monteer de rozet (montagebinnenplaat); zonodig op een hittebestendige tussenplaat bij doorvoer door brandbaar
materiaal;
Bevestig de geveldoorvoer vanaf de buitenzijde met vier schroeven in de daarvoor bestemde gaten.

6.6.2.2 Niet-rechtstreekse aansluiting op geveldoorvoer

Het concentrische systeem moet aan de volgende voorwaarden voldoen (zie
- Op het toestel dient eerst minimaal 1 meter concentrische pijp verticaal aangesloten te worden;
- De totale verticale pijplengte mag maximaal 4 meter bedragen;
- Na het verticale deel wordt een 90° bocht aangesloten;
- De totale horizontale pijplengte mag maximaal 4 meter bedragen (exclusief geveldoorvoer).
Onder deze voorwaarden wordt de restrictie niet geplaatst.
!Let op De bovenplaat van het toestel is geplaatst met de opening aan de bovenkant.
Bouw het systeem op vanaf (de aansluitstomp van) het toestel;
Sluit de (gelakte) concentrische pijpstukken en de (gelakte) bocht aan;
Breng op elke verbinding een (gelakte) klemband met siliconen afdichtring aan;
Zet de klemband met een parker vast aan de pijp op plaatsen die na installatie onbereikbaar zijn;
Breng voldoende beugels aan, zodat het gewicht van de pijpen niet op het toestel rust;
Bepaal de resterende lengte voor de geveldoorvoer;
Maak de geveldoorvoer op maat.
!Let op - Zorg ervoor dat de juiste insteeklengte behouden blijft;
- Plaats de geveldoorvoer met de ril/felsnaad aan de bovenkant;
- Plaats de horizontale concentrische pijpstukken onder afschot naar de geveldoorvoer ter voorkoming van inwate-
rend regenwater.
Monteer de rozet (montagebinnenplaat); zonodig op een hittebestendige tussenplaat bij doorvoer door brandbaar
materiaal;
Bevestig de geveldoorvoer vanaf de buitenzijde met vier schroeven in de daarvoor bestemde gaten.

6.6.3 Toepassing met dakdoorvoer

6.6.3.1 Opbouw concentrische systeem met dakdoorvoer

Het concentrische systeem met dakdoorvoer moet aan de volgende voorwaarden voldoen:
- De opbouw van het gekozen systeem moet toelaatbaar zijn. (Zie de hieronder beschreven werkwijze);
- Op het toestel dient eerst minimaal 1 meter concentrische pijp verticaal aangesloten te worden.
Afhankelijk van de opbouw wordt het toestel afgesteld d.m.v. de restrictieschuif.
In de onderstaande werkwijze is aangegeven hoe de toelaatbaarheid van een concentrisch systeem wordt vastge-
steld en welke afstellingen daarbij horen.
Bepaal de volgende gegevens:
1) Het aantal benodigde bochten (er wordt geen onderscheid gemaakt tussen 45° en 90° bochten);
2) Het totale aantal meters horizontale pijplengte;
3) Het totale aantal meters verticale en/of schuine pijplengte.
Met deze gegevens kunt u met behulp van Tabel 1 vaststellen of het concentrische systeem toelaatbaar is. In Tabel 2
kunt u afl ezen welke afstelling voor het toestel nodig is.
Ga als volgt te werk:
Zoek in de eerste 2 kolommen van Tabel 1 het aantal benodigde bochten en de totale horizontale pijplengte;
Zoek in de 3de kolom van Tabel 1 de totale verticale en/of schuine pijplengte.
Als u in een hokje met de letter A, B, C, D of E uitkomt, is het door u gekozen concentrische systeem toelaatbaar.
Stel met behulp van Tabel 2 vast welke voorwaarden gelden voor de restrictieschuif (zie voor afstellen paragraaf 6.8).
95900605 NL Install_G20.indd 7
95900605 NL Install_G20.indd 7
Afb.
4b):
7
NL
3-2-10 13:26
3-2-10 13:26

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave