Problemen oplossen
Overige
De camera werkt niet wanneer de lens is uitgeschoven.
Forceer de lens niet als die is gestopt met bewegen.
•
Plaats een opgeladen batterij en schakel de camera opnieuw in.
•
De lens beslaat.
Er is condensvorming opgetreden. Schakel de camera uit en wacht ongeveer een uur voordat u
•
deze weer gebruikt.
De lens beweegt niet wanneer u de camera uitschakelt.
De accu is ontladen. Vervang deze door een opgeladen accu.
•
De camera wordt warm wanneer u deze langere tijd gebruikt.
Dit is normaal.
•
Het scherm voor het instellen van de klok wordt weergegeven nadat de camera
is ingeschakeld.
•
Stel de datum en tijd nogmaals in (pagina 85).
U wilt de datum of tijd wijzigen.
Stel de datum en tijd nogmaals in (pagina 85).
•
De afstandsbediening werkt niet.
•
De accu is leeg. Vervang de accu door een nieuwe (pagina 17).
De adapterring is bevestigd. Verwijder deze (pagina 18).
•
De afstand naar deze camera is te ver. Breng de afstandsbediening dichter in de buurt van de
•
afstandsbedieningssensor van deze camera (pagina 15).
127