• Tel de activeringen. Er moet om de 3 seconden een activering plaats-
hebben. Na ongeveer 27 seconden en 10 activeringen moet het alarm
Reservoirvolume klinken. Op het display moet "Reservoirvolume
leeg" staan.
Controle van de modus ml TOEGEDIEND
• Stop de pomp door het intoetsen en vasthouden van
om naar het scherm Toegediend te gaan. Op het display moet nu
„
1,0 ml staan. (Als bovenstaande stappen niet precies zijn uitgevoerd,
kan er een andere waarde verschijnen.)
¤
• Druk op
. Op het display moet nu 0,00 ml staan.
Test luchtdetector
• Controleer of de luchtdetector ingeschakeld is en op hoog of laag staat
(zie hoofdstuk 4, Biomed Functies).
• Herprogrammeer Reservoirvolume op 10,0 ml. Druk op
Reservoirvolume op het LCD-scherm verschijnt. Druk op
totdat 10,0 ml verschijnt. Druk dan op
• Bevestig een leeg medicatiecassettereservoir van 50 of 100 ml of een
CADD™-toedieningsset aan de pomp. Sluit de cassette door middel
slot knop.
• Steek de lijn in de groef van de luchtdetector
• Start de pomp.
• Het visuele alarm "Lucht in leiding gedetecteerd" en een hoorbaar
alarm van twee tonen dienen geactiveerd te worden.
• Druk op
„
of
medicatiecassettereservoir of de CADD™-toedieningsset.
• Sluit nu een met vloeistof gevulde medicatiecassettereservoir, of gepri-
med CADD™-toedieningsset op de pomp aan. Vergrendel de cassette.
Controleer of er geen lucht in de vloeistof baan is.
• Steek de lijn in de groef van de luchtdetector
• Start de pomp. De pomp dient te werken zonder het luchtdetectie-
alarm te activeren.
⁄
om het alarm uit te zetten. Verwijder het lege
Hoofdstuk 5: Overzicht
⁄
„
¤
.
.
.
. Druk op
totdat
of
´
Î