•
Wanneer alle DALI-EVA's aan een lichtgroep zijn toege-
wezen, beëindigt de melder de configuratie automatisch
en start opnieuw, zie onder „Inschakelgedrag". Vervolgens
schakelt theRonda DALI naar de normale bedrijfsmodus
en is de configuratie beëindigd.
•
Indien nodig, kan de configuratie worden beëindigd, door
een willekeurige toets langer dan 15 s in te drukken. De
melder start opnieuw. De installatie is in dat geval niet
bedrijfsklaar en moet opnieuw worden geconfigureerd.
L In plaats van de toets kan de configuratie overeenkomstig
ook met de toetsen Aan/Uit van de gebruikersafstandsbe-
diening „theSenda S" worden uitgevoerd.
Controle van de configuratie
De lichtgroeptoewijzing kan altijd met de toets of manage-
mentafstandsbediening „SendoPro 868-A" worden
gecontroleerd door de afzonderlijke lichtgroepen in-
resp. uit te schakelen (bij „SendoPro 868-A" menuoptie
„Besturingscommando's" selecteren).
Als bij enkele DALI-EVA's de lichtgroep moet worden gewij-
zigd, is de DALI-configuratie via „Groepstoewijzing wijzigen"
met de „SendoPro 868-A" mogelijk. Met de toets moet de
gehele DALI-configuratie altijd opnieuw worden uitgevoerd.
L Voor de configuratie van de lichtgroepen is een video ver-
krijgbaar: https:/ /www.youtube.com/user/TheThebenAG
Inschakelgedrag (geconfigureerde
installatie)
Telkens na het bijschakelen van de spanning doorloopt de
aanwezigheidsmelder twee fasen, die door de LED's worden
weergegeven:
46