de melder automatisch (volautomatisch) resp. na indrukken
van de toets (halfautomatisch) terug naar de ingestelde
gewenste lichtsterkte.
Nalooptijd licht
De minimale nalooptijd (10 s - 60 min) is instelbaar. Deze
past zich zelflerend aan het gebruikersgedrag aan en kan
automatisch tot max. 30 min worden verhoogd resp. weer tot
de ingestelde minimumtijd worden verlaagd. Bij instellingen
≤ 2 min of ≥ 30 min blijft de nalooptijd onveranderd op de
ingestelde waarde. Als een niet-bezette ruimte slechts kort
wordt betreden en binnen 30 s weer verlaten, wordt de ver-
lichting na 2 minuten vroegtijdig uitgeschakeld (kortdurende
aanwezigheid).
Toetsaansturing
Via een toets is de verlichting altijd manueel te schakelen
of te dimmen. Een korte druk op de toets schakelt het licht
aan resp. uit, langer drukken dimt de verlichting omhoog of
omlaag. De dimrichting verandert bij elke druk op de toets.
Wordt de verlichting handmatig uitgeschakeld, dan blijft
de verlichting uitgeschakeld zolang er personen aanwezig
zijn. Na afloop van de nalooptijd wordt de verlichting weer
automatisch ingeschakeld. Let op het verschillende gedrag bij
constante lichtregeling en schakelmodus, dat in de betref-
fende hoofdstukken is beschreven.
Vol- of halfautomatisch
De verlichting van de aanwezigheidsmelder wordt naar keuze
volautomatisch voor meer comfort resp. halfautomatisch voor
een grotere besparing geregeld. Bij ‚volautomatisch' wordt de
verlichting automatisch in- en uitgeschakeld. Bij ‚halfautoma-
tisch' moet de verlichting altijd manueel worden ingeschakeld.
Het uitschakelen van de verlichting vindt automatisch plaats.
11