4.6
Eisen aan de elektrische aansluitingen
Tab.20
Printplaatconnectoren
Draaddoorsnede
Massieve draad: 0,14–4,0 mm² (AWG 26–12)
Gevlochten draad: 0,14–2,5 mm² (AWG 26–14)
Gevlochten draad met klemring: 0,25–2,5 mm² (AWG 24–14)
4.7
Waterkwaliteit en waterbehandeling
7734306 - v.03 - 29092020
Waarschuwing
Het niet volgens de voorschriften installeren van de
rookgasafvoer- en luchttoevoermaterialen (niet lekdicht, niet
correct gebeugeld, et cetera), kan tot gevaarlijke situaties leiden
en/of lichamelijk letsel tot gevolg hebben.
Zorg voor voldoende afschot van de rookgasafvoerleiding richting de
ketel (minimaal 50 mm per meter) en voor voldoende condensopvang
en afvoer (minimaal 1 m voor de uitmonding van de ketel). De
toegepaste bochten moeten groter zijn dan 90° om afschot en een
goede afdichting op de lippenringen te waarborgen.
Condensatie
Directe aansluiting van de rookgasafvoer op bouwkundige kanalen is
niet toegestaan in verband met condensatie.
Wanneer er in de rookgasafvoerleiding condens uit een kunststof of
roestvast stalen leidingdeel terug kan stromen naar een aluminium deel,
dan dient dit condens via een opvanginrichting afgevoerd te worden,
voordat dit het aluminium bereikt.
Nieuw geïnstalleerde aluminium rookgasleidingen met grotere lengtes
kunnen relatief grotere hoeveelheden corrosieproducten produceren.
Controleer en reinig de sifon in dat geval vaker.
Belangrijk
Neem contact met ons op voor meer informatie.
Voer de elektrische aansluitingen uit in overeenstemming met alle
geldende plaatselijke en landelijke voorschriften en normen.
De elektrische aansluitingen moeten altijd spanningsloos worden
uitgevoerd en alleen door erkende installateurs.
De ketel is geheel voorbedraad. Wijzig nooit de interne aansluitingen
van het bedieningspaneel.
Sluit de ketel altijd aan op een goed geaarde installatie.
Bedrading uitvoeren volgens de aanwijzingen in de elektrische
schema's.
Volg de aanbevelingen in deze handleiding.
Scheid de sensorkabels van de 230 V kabels
Zorg ervoor dat aan de volgende eisen wordt voldaan bij de aansluiting
van de kabels op de CB- en SCB-connectoren:
De kwaliteit van het verwarmingswater moet voldoen aan de
grenswaarden in ons Waterkwaliteitsvoorschrift. De richtlijnen in dat
voorschrift moeten altijd opgevolgd worden. In veel gevallen kunnen de
ketel en CV-installatie gevuld worden met normaal leidingwater en zal
waterbehandeling niet noodzakelijk zijn.
4 Voor de installatie
Striplengte
Aanhaalmoment
8 mm
0,5 N⋅m
23